Selecteer een pagina

Alle berichten met de tag: BW art. 7:663


HR 6 oktober 2023 ECLI:NL:HR:2023:1372

Afgelopen vrijdag heeft de Hoge Raad weer een nieuw hoofdstuk toegevoegd aan de ‘Heiploeg-zaak’. Daarin staat de vraag centraal of de werknemers van het failliet verklaarde Heiploeg, dat op basis van een pre-pack een doorstart heeft gemaakt, van rechtswege zijn overgegaan op de doorstarter. Die vraag moet ontkennend worden beantwoord als de doorstart (de overgang van onderneming) onder de uitzonderingsbepaling van art. 5 lid 1 van Richtlijn 2001/23/EG valt. Het gaat in deze zaak om de uitleg van deze bepaling. Het HvJEU heeft, na prejudiciële vragen van de Hoge Raad, overwogen dat de in Heiploeg gevolgde pre-packprocedure slechts dan onder de uitzondering van art. 5 lid 1 van de richtlijn valt, indien zij wordt geregeld in wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen. Dat is naar het oordeel van de Hoge Raad niet het geval, nu de positie van de (in het kader van de pre-pack van Heiploeg benoemde) ‘beoogd curatoren’ en ‘beoogd rechter-commissaris’ niet in de wet zijn geregeld en zij dus geen wettelijke bevoegdheden hebben. Berend-Bram Heinen bespreekt deze zaak.

Cassatievlog #071 is ook als podcast beschikbaar.

HR 20 januari 2023, ECLI:NL:HR:2023:65

De (in hoofdzaak) door anciënniteit bepaalde senioriteit van vrachtvliegers van Martinair is als zodanig geen recht dat bij overgang van onderneming mee overgaat. Voor zover deze senioriteit echter medebepalend is voor rechten van financiële aard van de vrachtvliegers, dienen deze rechten door de verkrijger (KLM) op dezelfde voet als bij de vervreemder (Martinair) te worden gehandhaafd. Dat zal zo nodig per geval moeten worden beoordeeld. (meer…)

HR 20 januari 2023, ECLI:NL:HR:2023:65

Dit arrest betreft een geschil tussen Martin-air-vrachtvliegers en de KLM. Centrale vraag is of de senioriteitsrechten van deze vliegers rechten zijn die op basis van art. 7:663 BW mee overgaan naar de nieuwe werkgever (KLM) in het geval van overgang van onderneming. De Hoge Raad oordeelt dat de senioriteitsrechten van de vrachtvliegers, die niet mede-bepalend zijn voor een financieel recht, niet hoeven te worden gehandhaafd door KLM. In dit Cassatievlog bespreekt Hidde Volberda in drie minuten de uitspraak van de Hoge Raad.

Cassatievlog #045 is ook als podcast beschikbaar.

HR 14 januari 2022, ECLI:NL:HR:2022:13

 De in art. 7:663 BW genoemde vervaltermijn van een jaar geldt niet voor de aansprakelijkheid van een bestuurder voor achterstallige pensioenpremie op grond van art. 23 Wet Bpf 2000. (meer…)

HR 14 januari 2022, ECLI:NL:HR:2022:13  

Maartje Möhring vertelt in drie minuten over een arrest van de Hoge Raad over de aansprakelijkheid van bestuurders voor achterstallige pensioenpremies. In dat arrest gaat de Hoge Raad – aan de hand van de algemene regels uit Boek 6 BW – in op de vraag of de aansprakelijkheid van de bestuurder afhankelijk is van de aansprakelijkheid van de rechtspersoon.

 

Cassatievlog #004 is ook als podcast beschikbaar.

Cassatieblog.nl