Selecteer een pagina

HR 27 oktober 2017, ECLI:NL:HR:2017:2774

Op grond van art. 612 Rv begroot de rechter die een veroordeling tot schadevergoeding uitspreekt, in beginsel de schade in zijn vonnis voor zover hem dit mogelijk is. Dit is ook het geval als slechts schadevergoeding op te maken bij staat is gevorderd, maar voldoende is gesteld en is komen vast te staan om tot een veroordeling tot een bepaald bedrag te kunnen komen. Dit brengt mee dat de rechter al in de hoofdprocedure kan beslissen over punten die op zichzelf genomen in de schadestaatprocedure nog (verder) aan de orde kunnen worden gesteld, zoals vragen van causaal verband en eigen schuld.

Achtergrond van de zaak

Verweerster tot cassatie heeft een studentenwoning van Koopstudio B.V. gekocht. Koopstudio B.V. richtte zich op het realiseren van betaalbare huisvesting voor studenten en heeft een concept ontwikkeld waarbij de koper lidmaatschapsrechten verkrijgt van een woonvereniging die recht geven op het gebruik van een ‘koopstudio’ in een woonhuis toebehorend aan die woonvereniging. Bij de koop trad Quarz (eiseres tot cassatie) op als financieel adviseur en bemiddelaar. Een jaar later is Koopstudio B.V. failliet verklaard, waardoor de lidmaatschapsrechten van verweerster onverkoopbaar zijn geworden.

In dit geschil heeft verweerster een verklaring voor recht gevorderd dat Quarz, op grond van onrechtmatige daad of een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van haar verplichtingen, aansprakelijk is, met verwijzing naar de schadestaatprocedure. De rechtbank heeft deze vordering toegewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is Quarz toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van haar zorgplicht als financieel adviseur en dient zij de schade die verweerster daardoor heeft geleden te vergoeden. Quarz deed een beroep op eigen schuld aan de zijde van verweerster, maar dit beroep is door de rechtbank verworpen.

Het hof heeft het vonnis bekrachtigd en overwoog met betrekking tot het beroep van Quarz op eigen schuld dat geen rechtsregel eraan in de weg staat dat, ingeval schadevergoeding bij staat wordt gevorderd (en toegewezen), al in de hoofdprocedure over een beroep op eigen schuld wordt beslist voor zover dit losstaat van de concrete schadeposten. Een eventueel eigen schuld verweer met betrekking tot concrete schadeposten kan in de schadestaatprocedure aan de orde komen, aldus het hof.

Hoge Raad: debat over eigen schuld kan in de hoofdprocedure worden gevoerd

In cassatie klaagt Quarz (onder meer) dat het hof ten onrechte heeft geoordeeld dat al in de hoofdprocedure over het beroep op eigen schuld kon worden beslist. Volgens Quarz had het hof het debat over eigen schuld in zijn geheel naar de schadestaatprocedure moeten verwijzen, omdat in de hoofdprocedure niet over de afzonderlijke schadeposten is gedebatteerd.

De Hoge Raad stelt bij de beoordeling van dit middel voorop dat op grond van art. 612 Rv  een rechter die een veroordeling tot schadevergoeding uitspreekt, in beginsel de schade in zijn vonnis begroot. Dit is ook het geval als slechts schadevergoeding op te maken bij staat is gevorderd, maar voldoende is gesteld en is komen vast te staan om tot een veroordeling tot een bepaald bedrag te kunnen komen.

Naar het oordeel van de Hoge Raad brengt dit uitgangspunt mee dat de rechter, voor zover hem dat mogelijk is in het licht van het debat van partijen en met inachtneming van hoor en wederhoor, al in de hoofdprocedure kan beslissen over punten die partijen verdeeld houden. Dit kan ook als het geschilpunten betreft die op zichzelf genomen in de schadestaatprocedure nog (verder) aan de orde kunnen worden gesteld, zoals vragen van causaal verband en eigen schuld (vgl. HR 16 april 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL2229).

In lijn met de conclusie van A-G Rank Berenschot komt de Hoge Raad tot de beslissing dat het oordeel van het hof geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en niet onbegrijpelijk is. Een afgerond partijdebat over de afzonderlijke schadeposten was voor het door het hof gegeven oordeel niet noodzakelijk.

Cassatieblog.nl

Share This