Selecteer een pagina

Dossier: Aansprakelijkheid en schadevergoeding


HR 5 oktober 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW9239

Art. 3 lid 1 Wte 1995, het verbod op aanbieding van effecten zonder vergunning, richtte zich niet tot personen die bemiddelen. Art. 7 lid 1 Wte 1995, dat effectenbemiddeling zonder vergunning verbood, ziet op verschillende activiteiten, die niet zonder meer direct contact tussen dader en benadeelde vereisen. Verder: of de echtgenoot die geen schuldeiser is, een vordering die valt in de gemeenschap van goederen kan innen, hangt af van de bestuursbevoegdheid terzake. (meer…)

HR 5 oktober 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW9230 (Endemol en Peter R. de Vries/Koos H.)

De rechter die oordeelt dat in het concrete geval de bescherming van de persoonlijke levenssfeer zwaarder weegt dan de vrijheid van meningsuiting, hoeft niet ambtshalve onderzoek te doen naar mogelijk minder vergaande beperkingen van de uitingsvrijheid dan het gevraagde verbod. (meer…)

HR 29 juni 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW4013 (Transform Holding/X)

Een notaris heeft onzorgvuldig gehandeld door in plaats van zich ervan te vergewissen dat de wil van de verkoper van een onroerende zaak was gericht op de rechtsgevolgen die met een wijziging van de leveringsakte en van de onderliggende koopovereenkomst werden beoogd, de verkoper voor te houden dat tegenbewijs tegen die wijziging openstond. (meer…)

HR 29 juni 2012, LJN BW1519

Voor toewijzing van smartengeld op de grond dat de benadeelde “op andere wijze in zijn persoon is aangetast” (art. 6:106 lid 1 onder b BW) is uitgangspunt dat de benadeelde geestelijk letsel moet hebben opgelopen. Het is niet in alle gevallen uitgesloten dat een uitzondering op dit uitgangspunt wordt aanvaard in verband met de bijzondere ernst van de normschending en de gevolgen daarvan voor het slachtoffer. In dit geval heeft het hof kennelijk en niet onbegrijpelijk geoordeeld dat daartoe onvoldoende is gesteld. (meer…)

HR 15 juni 2012 (LJN BW5514; BW5515; BW5516; BW5517; BW5518; BW5520; BW5521; BW5525)

De Hoge Raad houdt zijn uitspraken over compensatie voor reizigers bij vertraagde vluchten aan, nu is gebleken dat op korte termijn uitspraak is te verwachten van het HvJEU. Hij stelt de processtukken opnieuw in handen van de procureur-generaal voor het nemen van een aanvullende conclusie na de uitspraak van het HvJEU. (meer…)

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW0219

De vraag of een gemeente, naar aanleiding van een door een belanghebbende gedaan verzoek, onjuiste of onvolledige inlichtingen heeft gegeven, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Daartoe behoort in de eerste plaats de inhoud van het verzoek en hetgeen de gemeente daaromtrent heeft moeten begrijpen en de aard en inhoud van de daarop gegeven inlichtingen en hetgeen de belanghebbende daaromtrent heeft moeten begrijpen. Pas als de belanghebbende in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs erop mocht vertrouwen dat hem juiste en volledige inlichtingen met bepaalde inhoud werden gegeven, kan plaats zijn voor het oordeel dat het verstrekken daarvan – indien die mededelingen onjuist of onvolledig zijn – onrechtmatig is jegens belanghebbende. (meer…)

Cassatieblog.nl