Zoekresultaten voor: ECLI:NL:HR:2018:2165
HR 17 maart 2023, ECLI:NL:HR:2023:408
(i) Bij de beoordeling welk land het gewoonlijke werkland is, moet de nationale rechter vaststellen in welke staat zich de plaats bevindt waarin de werknemer zijn instructies voor zijn opdrachten ontvangt en waar hij zijn werk organiseert.
(ii) De omstandigheid dat in een bepaald land belastingen en sociale premies worden afgedragen, is als zodanig van belang voor de beantwoording van de vraag of sprake is van een nauwere band met een ander land dan het gewoonlijke werkland. (meer…)
HR 23 november 2018 ECLI:NL:HR:2018:2165
(i) De rechter dient bij de vaststelling van het gewoonlijke werkland “met name” te onderzoeken in welk land zich de plaats bevindt van waaruit de werknemer zijn transportopdrachten verricht, instructies voor zijn opdrachten ontvangt en zijn werk organiseert, alsmede de plaats waar zich de arbeidsinstrumenten bevinden. Die opsomming is niet limitatief, want de rechter moet met alle elementen die de werkzaamheid van de werknemer kenmerken rekening houden.
(ii) Bij de vaststelling van de uitzondering, het land waarmee de arbeidsovereenkomst een kennelijk nauwere band heeft, komt belangrijke betekenis toe aan in welk land de werknemer belastingen en heffingen betaalt, waar hij is aangesloten bij sociale zekerheidsregelingen en aan criteria betreffende het salaris en andere arbeidsvoorwaarden. Bij dat oordeel geldt dat de rechter moet motiveren waarom uit het geheel der omstandigheden blijkt van een kennelijk nauwere band met dat andere land die rechtvaardigt dat een uitzondering wordt gemaakt op het uitgangspunt van toepasselijkheid van het recht van het gewoonlijke werkland. (meer…)