Dossier: Arbeidsrecht


HR 27 september 2024, ECLI:NL:HR:2024:1309

De Xella-norm over een transitievergoeding bij slapende dienstverbanden kan ook van toepassing zijn op een voor 20 juli 2018 gedaan verzoek als de werkgever daarop op die datum nog (nader) diende te beslissen. (meer…)

HR 27 september 2024, ECLI:NL:HR:2024:1303

Richtlijnconforme uitleg van het begrip ‘loon’ uit art. 8 lid 1 Waadi. Het gaat om alle huidige of toekomstige voordelen in geld of natura, die door de werkgever aan de werknemer uit hoofde van zijn dienstbetrekking worden toegekend. Hieronder vallen ook bonussen of resultaatsvergoedingen. (meer…)

HR 17 mei 2024, ECLI:NL:HR:2024:727 (De Verenigde Arabische Emiraten / werkneemster)

(i) Een vreemde staat die geen afstand wil doen van de hem toekomende immuniteit van jurisdictie, moet zich op deze immuniteit beroepen voor alle verweren ten gronde. Dat geldt ook als die vreemde staat als werkgever in een ontslag- of beëindigingsprocedure is betrokken.

(ii) Immuniteit van executie staat niet in de weg aan het opleggen van een dwangsom aan een vreemde staat of internationale organisatie. (meer…)

Hoge Raad 30 augustus 2024  ECLI:NL:HR:2024:1102

Als een beding in een bedrijfstakpensioen regeling onduidelijk is moet dat ook worden uitgelegd bij toepassing van de CAO-norm. Het kan niet vanwege die enkele onduidelijkheid buiten toepassing blijven. Martijn Scheltema licht dit toe aan de hand van een uitspraak van de Hoge Raad.

Cassatievlog #103 is ook als podcast beschikbaar.

HR 9 februari 2024, ECLI:NL:HR:2024:194

Inzet van deze procedure is de wettelijke verplichting voor pensioenfondsen om bij wijze van buffer een bepaald eigen vermogen aan te houden (art. 131 en 132 Pensioenwet). Is deze verplichting in strijd met de IORP II-richtlijn? (meer…)

HR 26 april 2024 ECLI:NL:HR:2024:673

De klachtplicht (art. 6:89 BW) is niet van toepassing op interne bestuurdersaansprakelijkheid (art. 2:9 BW). Dit brengt redelijke wetsuitleg mee volgens de Hoge Raad. Dat heeft te maken met de aard van de rechtsverhouding tussen bestuurder en rechtspersoon. Bovendien kan het niet klagen een rechtspersoon moeilijk verweten worden, omdat dat klagen door de bewuste bestuurder bij zichzelf zou moeten. De (mogelijk belemmerende) collegiale verhoudingen binnen een bestuur brengen mee dat de uitsluiting van de klachtplicht ook geldt voor de hoofdelijk verbonden medebestuurders. Giel Wind bespreekt dit arrest.

Cassatievlog #097 is ook als podcast beschikbaar

 

 

Cassatieblog.nl