Alle berichten met de tag: equivalentie


HR 1 maart 2024, ECLI:NL:HR:2024:293 (Tinnus en Zuru/verweerster)

Het (Protocol bij het) Europees octrooiverdrag laat ruimte voor een uitlegbenadering waarbij eerst onderzocht wordt of sprake is van een letterlijke inbreuk en pas daarna of sprake is van equivalentie (‘tweestappenbenadering’). Zowel deze benadering als een eenstapsbenadering zijn er immers op gericht om, zoals vereist, het juiste midden te vinden tussen de bescherming van de belangen van de octrooihouder en de rechtszekerheid van derden. De uitvindingsgedachte als gezichtspunt kan ook in de tweestappenbenadering voldoende tot haar recht komen. (meer…)

HR 8 juni 2018, ECLI:NL:HR:2018:854 (Resolution/AstraZeneca)

Uit het arrest Van Bentum/Kool stamt de regel dat de gemiddelde vakman slechts dan mag aannemen dat afstand is gedaan van een gedeelte van de bescherming waarop het octrooi naar het wezen van de uitvinding aanspraak geeft, indien daartoe goede grond bestaat, gelet op de inhoud van het octrooischrift in het licht van eventuele andere bekende gegevens, zoals de ook voor hem kenbare gegevens uit het octrooiverleningsdossier. Nu de achter de woorden van de conclusies liggende uitvindingsgedachte volgens recentere jurisprudentie niet langer als uitgangspunt geldt maar fungeert als gezichtspunt, komt aan die regel uit Van Bentum/Kool geen zelfstandige betekenis meer toe in de zin van een bij de uitleg uit te voeren afzonderlijke toets. Bij de zoektocht naar het evenwicht dat gevonden moet worden tussen de bescherming van de belangen van de octrooihouder en de rechtszekerheid van wie zich op het octrooi oriënteert, kan de rechter, wanneer de vraag rijst of een in een conclusie opgenomen formulering moet worden opgevat als een beperking van de beschermingsomvang, betekenis toekennen aan het antwoord dat de gemiddelde vakman zal geven op de vraag naar het bestaan van een goede grond voor die beperking. (meer…)

HR 5 februari 2016, ECLI:NL:HR:2016:196 (Bayer/Sandoz)

1. Voor het bepalen van de beschermingsomvang van een octrooi gaat het om de vaststelling van hetgeen het octrooi toevoegt aan de stand van de techniek. Alleen in het kader van de inbreukvraag kan mede betekenis worden gehecht aan de kennis van de gemiddelde vakman ten tijde van de beweerde inbreuk, in het bijzonder waar het erom gaat of sprake is van equivalente elementen.
2. De regel ‘disclosed but not claimed is disclaimed’ kan ook van toepassing zijn als de ‘openbaring’ geen betrekking heeft op een middel dat de basis kan vormen voor een conclusie.  (meer…)

HR 4 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:816 (Medinol Ltd./Abbott B.V. c.s.)

1. Bij het vaststellen van de beschermingsomvang van een octrooi, dienen de conclusies weliswaar tot uitgangspunt, maar zij mogen worden uitgelegd in het licht van de beschrijving en tekeningen, vanuit het perspectief van de gemiddelde vakman met diens kennis van de stand van de techniek. Niet uitgesloten is dat tot een uitleg wordt gekomen die beperkter is dan waartoe de letterlijke tekst van de conclusie ruimte laat.
2. Voor het vaststellen van de beschermingsomvang van het octrooi is het perspectief van de gemiddelde vakman op de aanvraag- of prioriteitsdatum richtinggevend. Voor de beoordeling of inbreuk wordt gemaakt op het octrooi kan mede betekenis worden gehecht aan de kennis van de gemiddelde vakman ten tijde van de beweerde inbreuk, in het bijzonder waar het erom gaat of sprake is van equivalente elementen. (meer…)

Cassatieblog.nl