HR 28 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:980

De zaak gaat om de koop van een elektrische auto (een Jaguar I-PACE) door een zakelijke partij. De verkoper heeft een actieradius ‘tot 480 km’ opgegeven volgens de WLTP-norm. De koper stelt dat de actieradius van de auto onvoldoende is en heeft op die grond de ontbinding van de koopovereenkomst ingeroepen. 

De rechtbank heeft de koper in het ongelijk gesteld. Het hof heeft daarentegen geoordeeld dat de koper er geen rekening mee hoefde te houden dat de auto in de winter en (vooral) rijdend op de snelweg een actieradius zou hebben van hooguit circa 300 km.

De Hoge Raad verwerpt de daartegen gerichte cassatieklachten. De Hoge Raad zet voorop dat art. 7:17 lid 2, eerste volzin, BW bepaalt dat een zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt als zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. Vervolgens zet de Hoge Raad op een rij wat het hof heeft geoordeeld:

– dat [koper] op grond van de mededelingen die [autodealer] heeft gedaan over de actieradius van de Jaguar I-PACE redelijkerwijs mocht verwachten dat de auto onder gebruikelijke omstandigheden (normaal rijgedrag in de winter, vooral rijdende op de snelweg) een significant hogere actieradius had dan circa 300 kilometer (rov. 3.7 in verbinding met rov. 3.5);

– dat dit betekent dat de koopovereenkomst inhield dat [autodealer] een auto met die eigenschap moest leveren (rov. 3.7);

– dat de daadwerkelijk bereikte actieradius van hooguit circa 300 kilometer in de winter ruim 35% minder is dan de door [autodealer] vermelde actieradius van 480 kilometer (rov. 3.7); en

– dat de door [autodealer] aan [kopende partij] geleverde auto reeds hierom niet beantwoordt aan de tussen hen gesloten koopovereenkomst (rov. 3.8).

Met dit oordeel heeft het hof art. 7:17 lid 2, eerste volzin, BW toegepast, aldus het hof. Het oordeel getuigt volgens de Hoge Raad niet van een onjuiste rechtsopvatting en is in het licht van de gedingstukken niet onbegrijpelijk. De Hoge Raad bekrachtigt daarom het arrest van het hof.

De Hoge Raad wijkt met deze uitkomst af van de conclusie van A-G Valk. De conclusie van A-G Valk bevat interessante bespiegelingen over non-conformiteit vanwege “bijzonder gebruik” in plaats van “normaal gebruik”. A-G Valk gaat ook in op de vraag of kopers van elektrische auto’s aan de opgave van een bepaalde actieradius volgens de WLTP-norm, ook als zij van een passend voorbehoud is voorzien, een verwachting omtrent een bepaalde minimaal te verwachten actieradius kunnen ontlenen.

Cassatieblog.nl

Share This