HR 24 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:791
De strekking van art. 140 Rv brengt mee dat de regeling van art. 140 lid 3 Rv overeenkomstig wordt toegepast indien in eerste aanleg van voeging of tussenkomst sprake is geweest. Deze uitleg strookt met de toepasselijkverklaring (in art. 140 lid 4 Rv) van dit voorschrift in het geval dat op de voet van art. 118 Rv een derde als partij in het geding is opgeroepen. (meer…)