In een EEX-exequaturprocedure is geen plaats voor het verweer dat al aan het vonnis is voldaan
HvJEU 13 oktober 2011, C-139/10 (Prism Investments / mr. J.A. van der Meer q.q.).
Artikel 45 EEX-Verordening staat eraan in de weg dat de rechter die moet beslissen op het rechtsmiddel van art. 43-44 EEX-Vo, een verklaring waarbij een beslissing uitvoerbaar wordt verklaard weigert of intrekt op een andere grond dan de in de artikelen 34-35 EEX-Vo genoemde gronden, zoals de grond dat die beslissing in de lidstaat van herkomst al is uitgevoerd. (meer…)
14 oktober 2011: mondeling pleidooi bij Hoge Raad over algemeen verbindendheid van NEN-normen
Op 14 oktober 2011 vindt ten overstaan van de Civiele Kamer van de Hoge Raad mondeling pleidooi plaats in de cassatieprocedure tussen Knooble B.V. tegen de Staat der Nederlanden en de Stichting Nederlands Normalisatie-Instituut (NNI). De zaak gaat kort gezegd over de juridische gevolgen van de verwijzing in het Bouwbesluit 2003 (een AMvB) naar de NEN-normen op het gebied van de bouw. (meer…)
De 81 RO van deze week – Hell’s Angels/Gemeente Amsterdam
HR 7 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BR5457
Als de Hoge Raad van oordeel is dat de in een cassatieberoep aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden en niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling, kan hij het beroep zonder motivering verwerpen (art. 81 RO ). Alle acht zaken waarin de Hoge Raad op vrijdag 7 oktober 2011 uitspraak deed, werden met toepassing van dit artikel verworpen. Om nu te concluderen dat het allemaal juridisch oninteressante zaken betrof, is echter te kort door de bocht. (meer…)
Wetsvoorstellen cassatierechtspraak door Tweede Kamer aanvaard
Na een plenaire behandeling op 28 september 2011 heeft de Tweede Kamer ingestemd met de wetsvoorstellen versterking cassatierechtspraak en prejudiciële vragen aan de Hoge Raad. (meer…)
Geen tweede loondoorbetalingsverplichting bij hernieuwde uitval voor passende arbeid wegens ziekte
HR 30 september 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ8134
Wanneer een werknemer als gevolg van re-integratie andere (passende) werkzaamheden is gaan verrichten, zonder dat de passende arbeid de bedongen arbeid is geworden, en hij na afloop van de periode van 104 weken opnieuw door ziekte uitvalt, is de werkgever niet gehouden om opnieuw gedurende 104 weken loon door te betalen. Ook art. 6:248 lid 1 BW brengt dat niet mee.
Recente berichten
- Geen belang bij cassatie niet-dragend oordeel
- Bananenhandel en bewijsaanbod: wanneer is voldoende gesteld om tot getuigenbewijs te worden toegelaten?
- De gevolgen van het niet naleven van het Didam-arrest
- Cassatievlog #114 | De gevolgen van het handelen in strijd met Didam en de publicatieplicht
- Recht op vergoeding van in buitenland verleende geneeskundige zorg
- Uitleg van onduidelijke werkingssfeerbepaling
- Cassatievlog #113 | Voor inbezitneming van ‘publieke grond’ geldt geen afzonderlijke maatstaf
- WHOA-akkoord kan rechten schuldeisers wel beperken, maar bestaande verplichtingen van schuldeisers niet wijzigen
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (12)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (326)
- Arbeidsrecht (225)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (66)
- Erfrecht (36)
- Europees recht (86)
- Financieel recht (51)
- Goederenrecht (90)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (59)
- Huurrecht (75)
- Huwelijksvermogensrecht (68)
- Insolventierecht (198)
- Intellectuele-eigendomsrecht (114)
- Internationaal privaatrecht (80)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (14)
- Mededingingsrecht (20)
- Ondernemingsrecht (102)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (176)
- Pensioenrecht (23)
- Personen- en familierecht (207)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (26)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (134)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (837)
- Strafrecht (6)
- Verbintenissenrecht (289)
- Vermogensrecht algemeen (85)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (76)
- Wetgeving cassatierechtspraak (13)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (118)