Uitleg CAO voor de Groothandel in Levensmiddelen
HR 31 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:564
Lid 4 van Bijlage I bij de CAO voor de Groothandel in Levensmiddelen strekt ertoe om werknemers met een hoog eindsalaris buiten de structurele salarisverhogingen te houden. Deze uitzondering is niet beperkt tot werknemers die niet in een functiegroep zijn ingedeeld. (meer…)
Verklaringen ter comparitie en schriftelijke stukkenwisseling
HR 24 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:305
Het hof heeft ten onrechte zijn oordeel enkel gegrond op de wederzijdse verklaringen ter comparitie zonder daarbij rekening te houden met het reeds in de schriftelijke stukkenwisseling ingenomen standpunt van eiser, dan wel ten onrechte nagelaten te motiveren waarom de gang van zaken ter comparitie de doorslag heeft gegeven ten gunste van het standpunt van verweerder. (meer…)
Ook asymmetrisch rechtsmiddelenverbod bij verzoek verlof erkenning buitenlands arbitraal vonnis
HR 31 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:555
Het discriminatieverbod van artikel III Verdrag van New York, dat zowel de erkenning als de tenuitvoerlegging van buitenlandse scheidsrechterlijke uitspraken bestrijkt, brengt mee dat tegen de toewijzing door de voorzieningenrechter (thans: het gerechtshof) van een verzoek om verlof tot erkenning van een in een vreemde Staat gewezen arbitraal vonnis waarop het Verdrag van New York van toepassing is, niet kan worden opgekomen door aanwending van de rechtsmiddelen van hoger beroep of cassatie. (meer…)
Eliminatie bij waardering van bouwrijp gemaakte grond
HR 31 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:544 (Erven X/Gemeente Uden)
Als de overheid een onteigend perceel bouwrijp heeft gemaakt, kan dat worden aangemerkt als een overheidswerk dat in verband staat met het werk waarvoor wordt onteigend. De meerwaarde vanwege het bouwrijp zijn blijft dan buiten beschouwing bij de waardebepaling. Dat is niet anders als het niet de overheid is die de uiteindelijke bestemming van het onteigende realiseert. (meer…)
Tot een derde (persbureau) gerichte mededeling levert geen berusting op
HR 10 maart 2017 ECLI:NL:HR:2017:412
Van berusting kan slechts sprake zijn indien de in het ongelijk gestelde partij na de uitspraak jegens de wederpartij heeft verklaard dat zij zich bij de uitspraak neerlegt of jegens de wederpartij een houding heeft aangenomen waaruit dit in het licht van de omstandigheden van het geval ondubbelzinnig blijkt. (meer…)
Recente berichten
- Cassatievlog #120 | Regels over rechterswissel gelden ook voor raden (niet-rechters)
- Wraking in het tuchtrecht
- Cassatievlog #119 | Voorwaardelijke invrijheidstelling bij tenuitvoerlegging van buitenlandse sancties
- Regels over rechterswissel gelden ook voor raden (niet-rechters)
- Kennisclip Hoger beroep #13: Bewijs en bewijsaanbiedingen
- Procedures over vernietiging van arbitrages over misgelopen investeringen op de Krim
- Koerswijzigingsschade bij online casino
- Art. 6:233 sub b BW is niet van toepassing op algemene voorwaarden overeengekomen onder het oud-BW
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (12)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (326)
- Arbeidsrecht (226)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (67)
- Erfrecht (38)
- Europees recht (86)
- Financieel recht (51)
- Goederenrecht (92)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (59)
- Huurrecht (76)
- Huwelijksvermogensrecht (68)
- Insolventierecht (201)
- Intellectuele-eigendomsrecht (115)
- Internationaal privaatrecht (81)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (14)
- Mededingingsrecht (20)
- Ondernemingsrecht (102)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (177)
- Pensioenrecht (23)
- Personen- en familierecht (210)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (27)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (136)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (853)
- Strafrecht (8)
- Verbintenissenrecht (292)
- Vermogensrecht algemeen (85)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (76)
- Wetgeving cassatierechtspraak (13)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (120)