Geldt het belemmeringsverbod bij uitzendkrachten ook als de ter beschikking gestelde arbeidskracht een zzp’er is? De Hoge Raad schept in deze uitspraak duidelijkheid. (meer…)
De Hoge Raad mag in cassatie een uitspraak van de feitenrechter alleen vernietigen op grond van de klachten in het cassatiemiddel – en dus niet, buiten het cassatiemiddel om, op ambtshalve bijgebrachte gronden. Dat volgt uit art. 419 Rv. In dit arrest lijkt de Hoge Raad echter wel op ambtshalve bijgebrachte gronden tot vernietiging van het arrest van het hof te zijn overgegaan. De Hoge Raad heeft de klachten van het cassatiemiddel namelijk verworpen met toepassing van art. 81 RO. Toch vernietigt de Hoge Raad de uitspraak van het hof. Hoe zit dit?
Per 1 januari 2020 zijn de wettelijke bepalingen gewijzigd die regelen of een werknemer recht heeft op loon wanneer hij zijn werk niet heeft verricht. Met deze wijziging heeft de wetgever geen inhoudelijke verandering van de risicoverdeling tussen werkgever en werknemer beoogd. Ook niet van de rechtspraak van de Hoge Raad daarover – de ‘oude’ cassatierechtspraak blijft dus gelden. Een en ander heeft de Hoge Raad beslist in zijn uitspraak van 3 juni 2022. Berend-Bram bespreekt deze uitspraak in 3 minuten.
Een redelijke wetstoepassing brengt mee dat bij de toetsing van de redelijkheid van de overeengekomen huurprijs van een woning recht wordt gedaan aan de functie van de WOZ-waarde als onderdeel van het waarderingsstelsel. Dat betekent dat indien bij aanvang van de huurovereenkomst geen WOZ-waarde beschikbaar is voor de verhuurde woning de bij toepassing van het waarderingsstelsel te betrekken relevante waarde van de verhuurde woning op andere wijze moet worden bepaald. De minimum WOZ-waarde die in het Besluit huurprijzen woonruimte (Bhw) in Onderdeel 9 van bijlage I, onder A wordt gehanteerd, is niet geschikt voor deze waardebepaling.
Er bestaat onduidelijkheid over de rechtsgevolgen in Nederland bij draagmoederschap in het buitenland, onder meer met betrekking tot het toepasselijk recht en de erkenning van in het buitenland vastgestelde afstemmingsrechtelijke relaties. De rechtbank Den Haag heeft hierover prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad. In dit vlog bespreekt Maartje Möhring het arrest van de Hoge Raad.
Wij maken gebruik van cookies voor webanalyse en social media sharing. Google Analytics analyseert met behulp van cookies hoe de website wordt gebruikt. Daarnaast toont deze blog knoppen om informatie te delen op sociale media. Deze knoppen worden enkel weergegeven als u toestemming geeft cookies te plaatsen op uw computer. Meer informatie vindt u in onze privacyverklaring .