Selecteer een pagina

Alle berichten van: Jordi Bierens


HR 6 maart 2020 ECLI:NL:HR:2020:391 (EPAL/PHZ)

Vervolg op uitspraak van de Hoge Raad van 10 januari 2020, ECLI:NL:HR:2020:26 (EPAL/PHZ), besproken in CB 2020-20, waarin bepaald werd dat partijen gelegenheid kregen zich uit te laten over de formulering van de aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (‘HvJEU’) te stellen prejudiciële vragen. De schriftelijke reactie daarop van eiseres tot cassatie (EPAL) geeft aanleiding de te stellen vragen op twee punten te wijzigen.  (meer…)

HR 10 januari 2020, ECLI:NL:HR:2020:26 (EPAL/PJZ)

In deze zaak staat de vraag centraal of EPAL als houdster van het collectieve gemeenschapsmerk EPAL voor opnieuw te gebruiken pallets, zich kan verzetten tegen de verdere verhandeling van tweedehands (van het EPAL-merk voorziene) pallets die zijn gerepareerd door PHZ of door anderen dan EPAL-licentienemers. In dat verband is relevant of de merkrechten van EPAL zijn uitgeput dan wel of EPAL een gegronde reden heeft om zich te verzetten tegen deze verdere verhandeling als bedoeld in art. 13 lid 2 Gemeenschapsmerkenverordening (hierna: GMVo). (meer…)

Hoge Raad 29 maart 2019, ECLI:NL:HR:2019:451 (eiser/De 4 Jaargetijden)

Bij een beroep op art. 25 lid 1 sub d Auteurswet vormt de mogelijkheid van reputatieschade een zelfstandig vereiste. Daarnaast gaat het bij de vraag of er reputatieschade kan optreden om een objectieve toets waarbij alle (relevante) omstandigheden in aanmerking kunnen worden genomen. Als eenmaal is komen vast te staan dat sprake is van een aantasting van een auteursrechtelijk beschermd werk, en die aantasting tot reputatieschade kan leiden, is er geen ruimte meer voor het verrichten van een (aanvullende) belangenafweging. Het oordeel dat een architect in deze zaak geen beroep kon doen op zijn persoonlijkheidsrechten was door het hof niet onbegrijpelijk of onvoldoende gemotiveerd. (meer…)

HR 30 november 2018 ECLI:NL:HR:2018:2221

1. Tot uitgangspunt dient dat degene die zich als domeinnaamhouder heeft laten registeren, alleen gedwongen kan worden de domeinnaam aan een ander over te dragen als hij daartoe rechtens verplicht is. Die plicht kan berusten op een overeenkomst of hieruit voortvloeien dat registratie of gebruik van de domeinnaam jegens die ander onrechtmatig is, zoals wanneer daardoor inbreuk wordt gemaakt op een merkrecht van die ander (vergelijk: HR 11 december 2015, CB 2015-189 (Artiestenverloningen/Prae Artiestenverloning)).
2. Gelet op de stellingname van eisers heeft het hof ten onrechte geoordeeld dat eisers in de onderhavige zaak het merkenrecht bij de beoordeling van hun vorderingen buiten beschouwing gelaten wilden hebben. (meer…)

HR 8 juni 2018 ECLI:NL:HR:2018:856

Het hof heeft het databankrechtelijke begrip ‘creëren van gegevens’ niet te breed uitgelegd. Het hof heeft met het creëren van ‘inhoudelijke waarde’ klaarblijkelijk gedoeld op de creatie van de zelfstandige informatieve waarde die leidt tot het ontstaan van een nieuw element, en niet op het toevoegen van inhoudelijke waarde aan een reeds bestaand element door opneming in een databank. De investeringen die betrekking hebben op de totstandkoming van normgegevens zijn daarom terecht buiten beschouwing gelaten. (meer…)

Cassatieblog.nl