Selecteer een pagina

Alle berichten met de tag: auteursrecht


HR 23 december 2022, ECLI:NL:HR:2022:1938

Deze zaak gaat over de vraag of voor het afspelen van muziek in woonzorglocaties een auteursrechtelijke en nabuurrechtelijke vergoeding verschuldigd is. In het arrest van de Hoge Raad gaat het in het bijzonder over de zogeheten ‘de-minimisdrempel’, die van belang is bij de beoordeling of sprake is van een mededeling aan het publiek. (meer…)

HR 23 december 2022, ECLI:NL:HR:2022:1938 

Het afspelen van muziek in gemeenschappelijke woonkamers van woonzorgcentra voor ouderen vormt een ‘mededeling aan het publiek’ in de zin van art. 3 lid 1 van de Auteursrechtrichtlijn. Er is (daarom) ook sprake van ‘openbaarmaking van een werk’ als bedoeld in art. 12 van de Auteurswet. Gelet op de omvang en samenstelling van de aanwezigen komt de exploitant van de woonzorgcentra geen beroep toe op de ‘de minimis-drempel’. Jerre de Jong bespreekt in dit vlog de uitspraak van de Hoge Raad.

HR 2 oktober 2020, ECLI:NL:HR:2020:1548

1. Een overdracht bij voorbaat aan een derde van het auteursrecht van een maker van een film, voorafgaand aan het moment waarop de maker met de filmproducent overeenkomt een bijdrage aan de film te leveren, heeft geen rechtsgevolg als de maker niet schriftelijk met de producent een afwijking van art. 45d (oud) Aw is overeengekomen. Dat geldt ook indien die derde een collectieve beheersorganisatie is, zoals Lira.
2. Het begrip “doorgifte via de kabel” als bedoeld in art. 1 lid 3 SatKabRichtlijn veronderstelt een eerdere openbaarmakingshandeling (‘eerste uitzending’). De Hoge Raad ziet geen aanleiding van dit oordeel uit Norma/NLKabel terug te komen of prejudiciële vragen te stellen. (meer…)

HR 17 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:750 (Montis/Goossens)

Het schrappen van het vereiste van de instandhoudingsverklaring (art. 21 lid 3 (oud) BTMW) uit de wet per 1 december 2003, heeft niet tot gevolg dat het auteursrecht op een werk van toegepaste kunst dat voor 1 december 2003 is vervallen wegens het niet tijdig afleggen van een instandhoudingsverklaring, herleeft. (meer…)

HR 7 juni 2019 ECLI:NL:HR:2019:849

Dit arrest is een vervolg op het arrest van 5 april 2019, ECLI:NL:2019:503 (Brein/NSE)  waarin de Hoge Raad vier prejudiciële vragen wil stellen aan het HvJEU over mogelijke auteursrechtinbreuk door een Usenetaanbieder.
Het arrest van 5 april 2019 is uitgebreid besproken in CB 2019 – 53. Partijen hebben hun commentaar op de voorgestelde vragen gegeven en de opmerkingen geven de Hoge Raad aanleiding tot het schrappen van twee passages omtrent een zoekfunctie, er is rekening mee gehouden met het feit dat een conceptrichtlijn inmiddels is gepubliceerd en de woordvolgorde in vraag 3 is gewijzigd. (meer…)

Cassatieblog.nl