Selecteer een pagina

Dossier: Overheidsrecht


HR 13 september 2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ7396 (Eisers/Staat)

Indien in een bepaald geval de gevolgen van strafvorderlijk optreden een ander dan de verdachte treffen, dient de vraag of zulks tot aansprakelijkheid van de overheid jegens de benadeelde leidt – op de grond dat deze gevolgen buiten het normale maatschappelijk risico of het normale bedrijfsrisico van de benadeelde vallen – te worden beantwoord met inachtneming van alle van belang zijnde omstandigheden van het geval. De afwijzing van aansprakelijkheid mag daarom niet worden gebaseerd op de enkele omstandigheid dat de benadeelde de levenspartner respectievelijk het inwonende kind van de verdachte is en een intieme band met hem heeft. (meer…)

HR 6 september 2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ9225 (Staat/Nuhanovic) en ECLI:NL:HR:2013:BZ9228 (Staat/Mustafic c.s.)

Het internationale recht sluit niet uit dat een gedraging van een troepenmacht zowel wordt toegerekend aan de internationale organisatie die leiding geeft aan het militaire optreden, als aan de staat die de troepen aan die organisatie ter beschikking heeft gesteld. Voor toerekening aan de staat is effective control over de troepenmacht vereist. Het komt dan aan op de vraag of de staat feitelijke zeggenschap had over het specifieke gedrag, waarbij alle feitelijke omstandigheden en de bijzondere context van het geval in ogenschouw moeten worden genomen. (meer…)

HR 9 augustus 2013, ECLI:NL:HR:2013:478 (GDF Suez Energie Nederland N.V. c.s./Staat)

De verplichting voor de Staat, voortvloeiend uit het zogenoemde oktoberakkoord, om te voorzien in prioritaire importcapaciteit betrof slechts een inspanningsverbintenis. De liberalisering van de elektriciteitsmarkt is vormgegeven door wetten in formele zin die zijn onttrokken aan toetsing door de rechter aan algemene rechtsbeginselen. (meer…)

HR 12 juli 2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ3640

In gevallen waarin van een belastingplichtige op grond van art. 47 van de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen (AWR) informatie wordt verlangd met het oog op een juiste belastingheffing en deze belastingplichtige een beroep doet op het nemo-teneturbeginsel, kan de belastingplichtige onder last van een dwangsom worden veroordeeld al het materiaal te verschaffen dat van belang kan zijn voor een juiste belastingheffing. Alleen wanneer het gaat om wilsafhankelijk materiaal mag dat bevel niet ongeclausuleerd worden gegeven en moet daarbij de restrictie worden opgenomen dat het wilsafhankelijk materiaal uitsluitend mag worden gebruikt ten behoeve van de belastingheffing. Wordt dit materiaal toch gebruikt voor fiscale beboeting of strafvervolging van de belastingplichtige, dan is het aan de fiscale rechter of de strafrechter om daaraan gevolgen te verbinden. (meer…)

HR 12 juli 2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ7397 (Staat/Verweerder)

Het égalitébeginsel biedt geen rechtvaardiging voor aansprakelijkheid van de Staat voor de gevolgen van strafvorderlijk optreden, indien de verdenking eerst na de toepassing van het strafvorderlijk dwangmiddel is ontstaan, maar is gebaseerd op gedragingen die de gewezen verdachte vóór de toepassing van het strafvorderlijk dwangmiddel heeft verricht en die aanleiding zijn geweest tot toepassing daarvan. In dat geval behoren de gevolgen van dat strafvorderlijk optreden tot het normale maatschappelijke risico van de gewezen verdachte. (meer…)

HR 21 juni 2013, LJN BZ1705 (Hamm q.q./Staat en Ontvanger)

Indien een besluit wordt ingetrokken zonder de mededeling dat dit geschiedt omdat het besluit onjuist is, en het bestuursorgaan ook anderszins niet erkent dat een besluit onrechtmatig is, hangt het af van de redenen voor intrekking of herroeping en de omstandigheden waaronder het primaire besluit tot stand is gekomen, of dat besluit onrechtmatig is in de zin van art. 6:162 BW en, zo ja, of de onrechtmatige daad aan het bestuursorgaan kan worden toegerekend. De onrechtmatigheid is wel gegeven indien het ingetrokken of herroepen besluit berust op een onjuiste uitleg van de wet. (meer…)

Cassatieblog.nl