

Klachten onder de Wet Bopz: het belang van formaliteiten
HR 14 oktober 2016, ECLI:NL:HR:2016:2350 en ECLI:NL:HR:2016:2370
De Hoge Raad benadrukt het belang van schriftelijke beslissingen, achtereenvolgens bij het beperken van de bewegingsvrijheid en het toedienen van dwangmedicatie. Lees meer…

WSNP terecht tussentijds beëindigd: ziekte onvoldoende onderbouwd
HR 7 oktober 2016, ECLI:NL:HR:2016:2286
In de overweging dat verzoeker niet duidelijk heeft gemaakt “wat er precies met hem aan de hand is” ligt besloten dat van verzoeker kon worden gevergd dat hij zou verklaren, waarom zijn ziekte eraan in de weg stond dat hij – eventueel met behulp van derden – (alsnog) aan zijn verplichtingen voldeed (vgl. HR 20 oktober 2006, ECLI:NL:HR:2006:AY8310, NJ 2006/572). Het hof heeft dan ook terecht en voldoende begrijpelijk gemotiveerd de schuldsaneringsregeling (WSNP) tussentijds beëindigd. Lees meer…

Crediteursbenadeling door afgezonderd vermogen in een Stichting Particulier Fonds
HR 7 oktober 2016, ECLI:NL:HR:2016:2285 (Resort of the World/Maple Leaf)
(1) In geval van onrechtmatige crediteursbenadeling is de te vergoeden schade niet zonder meer gelijk aan de vordering waarvan men het verhaal wilde verijdelen. In een dergelijk geval is vereenzelviging een vorm van redres die te ver gaat. (2) Voor toerekening van onrechtmatig handelen of nalaten van functionarissen aan rechtspersonen op grond van de Babbel-maatstaf is de formele hoedanigheid van de handelende persoon niet beslissend. Lees meer…

Geen premieafdracht met terugwerkende kracht aan juiste bedrijfstakpensioenfonds
HR 23 september 2016, ECLI:NL:HR:2016:2170
De Hoge Raad laat het oordeel van het hof in stand dat BAM Geleiderail, hoewel de door haar verrichte werkzaamheden onder de werkingssfeer van de regeling van de bedrijfstak Metaal en Techniek vielen, over de relevante periode géén werkgeverslasten verschuldigd is aan de Metaalfondsen. Lees meer…

De Hoge Raad spreekt via Twitter
HR 30 september, ECLI:NL:HR:2016:2226
“Eis alleen verkoop #cannabis aan ingezetenen niet in strijd met EU-recht en privacyregels”.
Dit is een heldere en bondige uitspraak waarvan wij via Twitter kennis konden nemen. De Hoge Raad heeft deze zaak met toepassing van art. 81 RO afgedaan, met een verkorte motivering dus. Dit bondige oordeel kunnen wij daarom niet in een arrest van de Hoge Raad lezen. Is dat erg? In ieder geval misschien wel wat merkwaardig voor een zaak die de gemoederen zo heeft beziggehouden en waarvan toch niet kan worden gezegd dat de te beoordelen rechtsvraag een bagatel was. Lees meer…

Schuldenaar is tijdens schuldeisersverzuim in beginsel geen bedongen rente verschuldigd
HR 30 september 2016, ECLI:NL:HR:2016:2227
(i) De bedongen rente die de schuldenaar tot de leveringsdatum van een zaak verschuldigd is, loopt in beginsel niet gedurende het schuldeisersverzuim (art. 6:58 e.v. BW); uit de rechtsverhouding van partijen kan evenwel anders voortvloeien.
(ii) Indien de schuldenaar door het uitblijven van betaling als gevolg van het schuldeisersverzuim een voordeel geniet, kan uit de eisen van redelijkheid en billijkheid voortvloeien dat hij dit voordeel (deels) aan de schuldeiser verschuldigd is. Lees meer…

Aansprakelijkheid wegbeheerder voor voorwerpen op de weg
HR 7 oktober 2016, ECLI:NL:HR:2016:2283
De beantwoording van de vraag of een weg voldoet aan de eisen die daaraan mogen worden gesteld en dus niet gebrekkig is, dient te geschieden aan de hand van de ‘Kelderluikcriteria’. De aansprakelijkheid van een wegbeheerder is ingevolge art. 6:174 BW beperkt tot de gebreken die samenhangen met de verkeersfunctie van de openbare weg. De aanwezigheid van een voorwerp op een openbare weg dat niet behoort tot de weg in de zin van art. 6:174 lid 1 BW en dat gevaar schept voor personen of zaken, is derhalve niet een gebrek van de weg als bedoeld in art. 6:174 BW. Een wegbeheerder kan echter, mede uit hoofde van zijn algemene zorgplicht ten aanzien van de veiligheid van weggebruikers, wel aansprakelijk zijn voor de aanwezigheid van voorwerpen op de weg op grond van art. 6:162 BW. Lees meer…

Uitkering interimdividend kort voor faillissement; bijzondere bewijslastverdeling (art. 45 Fw)
HR 23 september 2016 – ECLI:NL:HR:2016:2171
(1) Bij de beoordeling van de vraag of een vennootschap over voldoende vrije reserves beschikt voor een tussentijdse dividenduitkering in de zin van art. 2:216 BW (oud) dienen de vastgestelde jaarrekeningen tot uitgangspunt. De enkele omstandigheid dat geen definitieve jaarrekening is of zal worden vastgesteld brengt niet mee dat die uitkering en het daaraan ten grondslag liggende besluit ingevolge art. 2:216 lid 4 jo. lid 2 BW (oud) nietig zijn. (2) Ook indien het dividendbesluit op zichzelf voldoet aan hetgeen art. 2:216 lid 2 BW (oud) voorschrijft, kunnen de omstandigheden van het geval tot het oordeel leiden dat de bij de tussentijdse uitkering betrokken aandeelhouders en bestuurders van de vennootschap onrechtmatig hebben gehandeld jegens de schuldeisers van die vennootschap. Lees meer…

Executoriaal derdenbeslag heeft geen voortdurende stuitende werking
HR 30 september 2016, ECLI:NL:HR:2016:2222
Indien een op grond van art. 3:324 BW lopende verjaring van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van een rechterlijke of arbitrale uitspraak wordt gestuit op een van de wijzen voorzien in art. 3:325 lid 2 BW, begint een nieuwe verjaringstermijn te lopen die in beginsel gelijk is aan de oorspronkelijke termijn, doch niet langer dan vijf jaren. Executoriaal derdenbeslag kan niet op een lijn worden gesteld met stuiting van een rechtsvordering door het instellen van een eis als bedoeld in art. 3:316 lid 1 BW, welke stuiting voortduurt tot – kort gezegd – het tijdstip waarop die eis definitief wordt toegewezen. Lees meer…

Bij vaststelling alimentatie voor jongmeerderjarige is behoeftigheid geen vereiste
HR 30 september 2016, ECLI:NL:HR:2016:234
Bij de vaststelling van de alimentatie voor jongmeerderjarigen (art. 1:392 jo. 1:395a BW) speelt behoeftigheid van de jongmeerderjarige geen rol. Het hof mocht derhalve geen gewicht toekennen aan de stelling dat de jongmeerderjarige vanaf 1 januari 2015 geheel in zijn eigen levenshoud kon voorzien. Lees meer…