Dossier: Proces- en beslagrecht


HR 2 december 2022, ECLI:NL:HR:2022:1804

De rechter die moet beslissen op een verzoek van de schuldenaar tot intrekking of wijziging van een bevel tot conservatoir beslag als bedoeld in de EAPO-Verordening, moet rekening houden met feiten en omstandigheden van na indiening van het verzoek om een bevel dan wel die na indiening zijn vastgesteld. Dit geldt ook als die omstandigheden van belang zijn voor het oordeel of is voldaan aan art. 7 lid 2 EAPO-Vo. (meer…)

HR 16 december 2022, ECLI:NL:HR:2022:1873
HR 16 december 2022, ECLI:NL:HR:2022:1875

De eisen van een goede procesorde brengen mee dat de rechter aan wie is gebleken dat een eerder door hem gegeven bindende eindbeslissing berust op een onjuiste juridische of feitelijke grondslag, bevoegd is om over te gaan tot heroverweging van die eindbeslissing. Deze maatstaf geldt ook als de eindbeslissing bestaat uit het verlenen van akte niet-dienen. In zo’n geval zijn dus geen bijzondere, in de zin van uitzonderlijke, omstandigheden vereist. (meer…)

HR 25 november 2022, ECLI:NL:HR:2022:1740

(i) Uit art. 14 van het Vriendschapsverdrag tussen Colombia en Nederland volgt niet dat van een partij zonder woonplaats of gewone verblijfplaats in Nederland geen zekerheidsstelling kan worden verlangd voor de proceskosten en schadevergoeding waarin hij veroordeeld zou kunnen worden.
(ii) De rechter kan bepalen welke vorm van zekerheid in elk geval voldoet aan de eisen van art. 6:51 lid 2 BW. Als de betreffende partij een andere vorm van zekerheid stelt of aanbiedt, moet de rechter onderzoeken of die vorm van zekerheid in overeenstemming is met de eisen van art. 6:51 lid 2 BW. (meer…)

HR 25 november 2022, ECLI:NL:HR:2022:1725

Als in een (onderhandse) akte naast een schuldbekentenis – en de akte niet met de hand is geschreven of niet is voorzien van een goedschrift in de zin van art. 158 lid 1 Rv – ook een of meer andere verklaringen van diezelfde partij zijn opgenomen, heeft op grond van art. 158 lid 1 Rv alleen de schuldbekentenis vrije bewijskracht. De overige verklaringen hebben op grond van art. 157 lid 2 Rv dwingende bewijskracht tussen partijen. (meer…)

HR 16 december 2022 ECLI:NL:HR:2022:1873 (Marba / Salling)

De beslissing tot het verlenen van een akte niet-dienen heeft vaak verstrekkende gevolgen. De rechter kan worden gevraagd om van die beslissing terug te komen. Maar welke maatstaf moet de rechter bij de beoordeling van zo’n verzoek hanteren? In 2015 heeft de Hoge Raad hiervoor een strenge maatstaf geformuleerd. Daar komt de Hoge Raad nu van terug. In dit Cassatievlog bespreekt Maartje Möhring in drie minuten het arrest van de Hoge Raad.

Cassatievlog #042 is ook als podcast beschikbaar.

 

Cassatieblog.nl