Selecteer een pagina

Alle berichten met de tag: klacht


HR 7 juli 2023 ECLI:NL:HR:2023:1047

Art. 10:3 Wvggz bevat een limitatieve opsomming van de gronden waarop in het kader van de klachtprocedure zoals geregeld in hoofdstuk 10 van de Wvggz kan worden geklaagd. Indien de klacht geen betrekking heeft op de nakoming van een verplichting of een beslissing op grond van een of meer van de in art. 10:3 Wvggz genoemde bepalingen, kan de betrokkene geen gebruik maken van die klachtprocedure. In dat geval staat de betrokkene alleen de klachtprocedure van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) ter beschikking. (meer…)

HR 7 juli 2023 ECLI:NL:HR:2023:1048

De op schrift gestelde huisregel verbiedt roken “voor alle gebouwen” van de instelling, en wijkt af van het beleid van de instelling dat met ingang van 1 juli 2022 is ingevoerd en wordt gehandhaafd, waardoor ook roken in de open lucht op het terrein van de instelling is verboden. Betrokkene kon hierover een klacht indienen; nadat de klachtencommissie een beslissing had genomen, kon betrokkene de rechtbank verzoeken een beslissing over de klacht te geven. (meer…)

HR 8 juli 2022 ECLI:NL:HR:2022:1042

In de verzoekschriftprocedure bij de rechter over een beslissing over een klacht, als bedoeld in art. 10:7 Wvggz, dus nadat de klachtencommissie heeft beslist of niet tijdig een beslissing heeft genomen, liggen in beginsel zowel de klacht als de beoordeling van de schadevergoeding ter beoordeling voor. De rechter is bij de beoordeling van dit verzoekschrift in beginsel niet gebonden aan de beslissing van de klachtencommissie. (meer…)

HR 18 maart 2022 ECLI:NL:HR:2022:394

Als zonder titel verplichte zorg wordt verleend kan op de voet van art. 10:3 lid 1, aanhef en onder e, Wvggz een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie en kan tevens worden verzocht om schadevergoeding door de zorgaanbieder. (meer…)

HR 30 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1188

Het is in het algemeen ongewenst dat een lid van de Hoge Raad, ook als hij raadsheer in buitengewone dienst is en is aangewezen als waarnemend advocaat-generaal bij de Hoge Raad, zich als partijdeskundige uitspreekt over de mogelijke uitkomst van een bij de Nederlandse rechter aanhangige procedure. Denkbaar is immers dat die uitspraak wordt gezien als een indicatie van een te zijner tijd in die zaak te verwachten oordeel van de Hoge Raad. (meer…)

Cassatieblog.nl