Beschermingsomvang octrooi kan beperkter zijn dan volgt uit conclusies

HR 4 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:816 (Medinol Ltd./Abbott B.V. c.s.)
1. Bij het vaststellen van de beschermingsomvang van een octrooi, dienen de conclusies weliswaar tot uitgangspunt, maar zij mogen worden uitgelegd in het licht van de beschrijving en tekeningen, vanuit het perspectief van de gemiddelde vakman met diens kennis van de stand van de techniek. Niet uitgesloten is dat tot een uitleg wordt gekomen die beperkter is dan waartoe de letterlijke tekst van de conclusie ruimte laat.
2. Voor het vaststellen van de beschermingsomvang van het octrooi is het perspectief van de gemiddelde vakman op de aanvraag- of prioriteitsdatum richtinggevend. Voor de beoordeling of inbreuk wordt gemaakt op het octrooi kan mede betekenis worden gehecht aan de kennis van de gemiddelde vakman ten tijde van de beweerde inbreuk, in het bijzonder waar het erom gaat of sprake is van equivalente elementen. (meer…)
Nadere invulling ‘gebouwde onroerende zaak’ ex art. 7:230a BW

HR 11 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:899 (KNVvL c.s./Staat)
Nadere invulling definitie ‘gebouwde onroerende zaak’ als bedoeld in art. 7:230a BW. Hoge Raad zoekt aansluiting bij definitie ‘gebouw’ als omschreven in art. 1, aanhef en onder c Woningwet. Enkele verharding of bewerking van de grond in de regel niet voldoende om als ‘gebouwde onroerende zaak’ in deze zin te kunnen worden aangemerkt. (meer…)
Vergeefse aanval op toepassing van wettelijke regulering huurprijzen in geval van “huurveteranen”

HR 4 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:826 en ECLI:NL:HR:2014:827
Het hof heeft in beide zaken geoordeeld dat de wettelijke regulering van huurprijzen voor de verhuurders geen schending van het recht op ongestoord genot van hun eigendom (art. 1 Eerste Protocol (EP)) oplevert. Bij dit oordeel heeft het hof hetzelfde toetsingskader gehanteerd als het EHRM in zijn uitspraak van 2 juli 2013 in de zaak van eiser in de eerste zaak (nr. 826) tegen Nederland (EHRM 2 juli 2013, 27126/11) en aldus de juiste maatstaven aangelegd. (meer…)
Verzuim datum te bepalen voor deponering deskundigenrapport leidt niet tot nietigheid onteigeningsvonnis

HR 11 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:897 (X c.s./gemeente Terneuzen)
Als in een onteigeningsprocedure een vervroegde descente heeft plaatsgevonden, moet de rechtbank in haar onteigeningsvonnis de datum vaststellen waarop het deskundigenrapport zal worden gedeponeerd (art. 54j lid 2 Onteigeningswet (Ow)). Niet-inachtneming van dit voorschrift leidt echter niet tot nietigheid van het vonnis. (meer…)
Het vennootschappelijk belang bij een joint venture

HR 4 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:804 (Inversiones c.s./Cancun Holding I c.s.) en drie parallelzaken (ECLI:NL:HR:2014:797, ECLI:NL:HR:2014:799 en ECLI:NL:HR:2014:808)
In geval van een jointventurevennootschap wordt het belang van de vennootschap mede bepaald door de aard en inhoud van de tussen de aandeelhouders overeengekomen samenwerking. In een jointventurevennootschap waarin de aandeelhouders een gelijkwaardig aandeel hebben, kunnen die aard en inhoud meebrengen dat (ook) het vennootschapsbelang is gebaat bij continuering van evenwichtige verhoudingen tussen de aandeelhouders. Ook kan zulks meebrengen dat het bestuur van een vennootschap, zelfs bij gebreke van een wettelijke of statutaire informatieplicht, gehouden is de aandeelhouders te informeren over een door een van de aandeelhouders beoogde aandelenoverdracht. (meer…)
Recente berichten
- Contractuele boete afgewezen op ondeugdelijke grond: hof treedt buiten rechtsstrijd
- Wvggz: zorgmachtiging en noodzaak actuele medische verklaring
- Cassatievlog #136 | Strafrechtelijke transactie vernietigbaar bij dwaling of bedrog
- Geen wettelijke grondslag voor gerechten om inzage in of afschrift van dossiers in afgesloten civiele familie- en jeugdprocedures te verstrekken
- Extern ondernemerschap en kwalificatie van arbeidsrelatie
- Kennisclip Hoger beroep #11: Devolutieve werking
- Geen halvering van de meerinbreng bij beperkte gemeenschap van goederen
- Cassatievlog #135 | Civiele regels stelplicht en bewijslast bij parallelle strafprocedure over dezelfde feiten
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (13)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (329)
- Arbeidsrecht (238)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (69)
- Erfrecht (42)
- Europees recht (88)
- Financieel recht (52)
- Goederenrecht (94)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (62)
- Huurrecht (79)
- Huwelijksvermogensrecht (69)
- Insolventierecht (202)
- Intellectuele-eigendomsrecht (116)
- Internationaal privaatrecht (81)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (14)
- Mededingingsrecht (20)
- Ondernemingsrecht (103)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (179)
- Pensioenrecht (24)
- Personen- en familierecht (211)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (27)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (144)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (874)
- Strafrecht (9)
- Verbintenissenrecht (300)
- Vermogensrecht algemeen (90)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (78)
- Wetgeving cassatierechtspraak (14)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (125)