Vorderingen die zijn ontstaan tijdens of na een faillissement komen (onder bepaalde voorwaarden) ter verificatie in aanmerking

HR 23 maart 2018, ECLI:NL:HR:2018:424
Beantwoording prejudiciële vragen. De Hoge Raad nuanceert zijn overwegingen uit het arrest Koot Beheer/Tideman q.q. (HR 19 april 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY6108 hier besproken in CB 2013-78). Vorderingen die zijn ontstaan tijdens of na een faillissement of een daaraan voorafgaande surseance komen voor verificatie in aanmerking, indien zij besloten liggen in een ten tijde van het ingaan van dat faillissement of die surseance reeds bestaande rechtspositie van de schuldeisers, zodat geen sprake is van een uitbreiding van aanspraken die in strijd komt met het fixatiebeginsel. (meer…)
Beëindiging van een raamovereenkomst inzake een digitaliseringsproject

HR 23 maart 2018 ECLI:NL:HR:2018:426
In geschil is of een raamovereenkomst inzake het leveren van een geïntegreerd computersysteem rechtsgeldig door JBZ is beëindigd. Het hof heeft voor recht verklaard dat de overeenkomst rechtsgeldig is ontbonden en de vorderingen uit ongedaanmaking en schadevergoeding toegewezen. In cassatie is onder meer geklaagd over dat het hof heeft miskend dat ongedaanmaking en schadevergoeding alleen toewijsbaar zijn ingeval van ontbinding op grond van tekortkoming in de nakoming en niet zonder meer bij enkele inroeping van een contractuele opzeggingsgrond. Het hof heeft daarbij ten onrechte geen aandacht besteed aan het verweer van Alert dat het artikel in de raamovereenkomst geen ontbindingsgrond, maar een opzeggingsmogelijkheid inhoudt. (meer…)
Recente berichten
- Beroepsaansprakelijkheid advocaat wegens niet-waarschuwen over verjaringstermijn en onjuiste betekening
- Wetenschapsvereiste van de faillissementspauliana bij de vernietiging van een samenstel van rechtshandelingen
- Cassatievlog #138 | Heeft een frauderend slachtoffer recht op een WAM-uitkering?
- Het pluraliteitsvereiste en de privatieve last tot uitoefening van een vorderingsrecht
- Cassatievlog #137 | Prejudiciële vragen consumentenkrediet
- Het vaststellen van het recht dat toepasselijk is op kartelschadeclaims
- Beroep op exoneratieclausules kan niet naar de schadestaat worden doorgeschoven
- Verkrijging Nederlanderschap na erkenning ouder kind vereist DNA-bewijs dat aan de wettelijke eisen voldoet
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (13)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (331)
- Arbeidsrecht (238)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (69)
- Erfrecht (42)
- Europees recht (88)
- Financieel recht (52)
- Goederenrecht (94)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (62)
- Huurrecht (80)
- Huwelijksvermogensrecht (69)
- Insolventierecht (204)
- Intellectuele-eigendomsrecht (116)
- Internationaal privaatrecht (82)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (15)
- Mededingingsrecht (21)
- Ondernemingsrecht (103)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (181)
- Pensioenrecht (24)
- Personen- en familierecht (212)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (28)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (145)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (876)
- Strafrecht (10)
- Verbintenissenrecht (302)
- Vermogensrecht algemeen (90)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (80)
- Wetgeving cassatierechtspraak (14)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (125)