Dossier: Overheidsrecht


HR 21 september 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW5328 (Staat/X)

Op de Staat rust de verplichting te waken voor de rechten en belangen van minderjarigen die zich op zijn grondgebied bevinden, ook waar het gaat om minderjarige vreemdelingen zonder geldige verblijfstitel, mede omdat zij niet verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor gedragingen van hun familieleden. (meer…)

HR 13 juli 2012, LJN BW4983 (Staat/X)

De eigenaar die het bezit van een hem ontstolen zaak binnen de driejaarstermijn van art. 3:86 lid 3 BW heeft herkregen, kan volstaan een beroep te doen op zijn eigendom als de derde-verkrijger de zaak van hem opvordert, ook als hij dit beroep na het verstrijken van die termijn zou doen. Hij hoeft de zaak dus niet uitdrukkelijk als zijn eigendom op te eisen (in de zin van art. 3:86 lid 3 BW) van de derde-verkrijger te goeder trouw. Wanneer het openbaar ministerie een in beslag genomen gestolen zaak binnen de driejaarstermijn teruggeeft aan de eigenaar, is de Staat niet gehouden de waarde van de zaak te vergoeden aan de beslagene, ook al is sprake van schending van de jegens de hem in acht te nemen voorschriften (van art. 116 Sv). Nu de eigenaar zijn bezit heeft herkregen, heeft de beslagene (derde-verkrijger) immers niet de eigendom verworven, zodat de eigenaar geen schade heeft geleden door de teruggave van de zaak aan de bestolene. (meer…)

HR 22 juni 2012, LJN BW0393 (Knooble/Staat en NNI)

Waar NNI niet bij of krachtens de wet bevoegd is tot het vaststellen van algemeen verbindende regels, kunnen NEN-normen niet worden aangemerkt als algemeen verbindende voorschriften als bedoeld in art. 89 lid 4 Grondwet en art. 3 en 4 Bekendmakingswet, ook niet voor zover in de wetgeving daarnaar wordt verwezen. NEN-normen kunnen daarom evenmin gelden als “door de openbare macht uitgevaardigd” als in art. 11 Auteurswet bedoeld. (meer…)

HR 1 juni 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV1748 (Gemeente Almere/X c.s.)

Art. 160 lid 1 sub e Gemeentewet kent het college van B&W de bevoegdheid toe tot het aangaan van privaatrechtelijke rechtshandelingen. Deze bevoegdheid sluit niet uit dat met instemming van B&W onderhandelingen over een voorgenomen privaatrechtelijke rechtshandeling namens de gemeente door ambtenaren kunnen worden gevoerd en dat als resultaat van die onderhandelingen een rechtshandeling tot stand komt onder de voorwaarde van goedkeuring door het college van B&W. In een dergelijk geval kan een zodanige voorwaarde (door partijen of de rechter) worden aangemerkt als opschortende voorwaarde in de zin van art. 6:21 BW, zodat in voorkomend geval ook art. 6:23 lid 1 BW toepassing kan vinden. (meer…)

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW0219

De vraag of een gemeente, naar aanleiding van een door een belanghebbende gedaan verzoek, onjuiste of onvolledige inlichtingen heeft gegeven, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Daartoe behoort in de eerste plaats de inhoud van het verzoek en hetgeen de gemeente daaromtrent heeft moeten begrijpen en de aard en inhoud van de daarop gegeven inlichtingen en hetgeen de belanghebbende daaromtrent heeft moeten begrijpen. Pas als de belanghebbende in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs erop mocht vertrouwen dat hem juiste en volledige inlichtingen met bepaalde inhoud werden gegeven, kan plaats zijn voor het oordeel dat het verstrekken daarvan – indien die mededelingen onjuist of onvolledig zijn – onrechtmatig is jegens belanghebbende. (meer…)

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BU9920 (LVNL/Chips(h)ol III)

De handelingen van Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL), verricht in het kader van haar wettelijke taak tot advisering omtrent de luchtverkeersveiligheid, vallen niet onder de reikwijdte van de formele rechtskracht van de op die advisering gebaseerde besluiten. Gelet op de zelfstandige, onafhankelijke adviserende en informatieverstrekkende rol van LVNL wijkt deze situatie wezenlijk af van het Gemeente Valkenswaard-arrest, waarin het ging om het verstrekken van (later onjuist gebleken) inlichtingen die zozeer samenhangen met het beoogde besluit, dat zij daarvan een onzelfstandig karakter dragen en daardoor in beginsel worden “gedekt” door de formele rechtskracht van dat besluit. (meer…)

Cassatieblog.nl