Dossier: Personen- en familierecht


HR 9 maart 2012, ECLI:NL:HR:2012:BU9884

Het bezit van staat in de zin van art. 1:209 BW strekt ertoe de rechtszekerheid en het belang van het kind te beschermen. Aan toepassing van deze wetsbepaling staat niet in de weg dat het gaat om een in het buitenland opgemaakte geboorteakte en evenmin dat het een akte betreft die niet in de Nederlandse rechtsorde is of kan worden erkend. (meer…)

HR 2 maart 2012, ECLI:NL:HR:2012:BU9898

De rechter is in het algemeen bij de vaststelling in zijn uitspraak van het ter zitting verhandelde niet gebonden aan de inhoud van een proces-verbaal van de mondelinge behandeling. Een verschil tussen de inhoud van het proces-verbaal en de overweging waarop de uitspraak steunt, maakt die uitspraak dus niet zonder meer onbegrijpelijk. Van een motiveringsgebrek kan echter wel sprake zijn wanneer de rechter zijn uitspraak baseert op een voorval ter zitting waarvan het proces-verbaal geen bevestiging inhoudt, maar veeleer een vermelding bevat die op het tegendeel daarvan duidt.  (meer…)

HR 17 februari 2012, ECLI:NL:HR:2012:BU6506 en ECLI:NL:HR:2012:BU6508

De verjaringstermijn van de vernietigingsbevoegdheid van een echtgenoot op grond van artikel 1:88 jo. 1:89 BW gaat lopen vanaf het tijdstip dat deze met de gesloten overeenkomsten daadwerkelijk bekend is geworden. De omstandigheid dat betalingen plaatsvonden via een “en/of”-rekening kan de gevolgtrekking wettigen dat de echtgenoot met de ontvangst van het oudste bankafschrift waarop de betalingen staan vermeld, bekend was met de betrokken overeenkomst. Het staat de wederpartij ingevolge art. 151 lid 2 Rv echter vrij tegenbewijs te leveren. Staat eenmaal vast dat de vernietigingsbevoegdheid is verjaard, dan biedt voeging met een beroep op art. 3:51 lid 3 BW geen soelaas meer. (meer…)

HR 27 januari 2012, LJN ECLI:NL:HR:2012:BU3777

Het uitzonderingskarakter van art. 6:130 lid 1 BW brengt mee dat een beroep op verrekening jegens een cessionaris slechts kan worden aanvaard als de tegenvordering van de schuldenaar voldoende nauw samenhangt met de gecedeerde vordering. De enkele omstandigheid dat vordering en tegenvordering in hetzelfde document zijn geregeld, brengt niet noodzakelijk mee dat zij uit dezelfde rechtsverhouding voortvloeien. (meer…)

Per 1 januari 2012 kunnen beschikkingen van gerechtshoven in kinderontvoeringszaken door partijen niet meer ter toetsing aan de Hoge Raad worden voorgelegd. Een uitzondering vormen beschikkingen waarin het gerechtshof voor 1 januari 2012 een eindbeslissing heeft gegeven. (meer…)

HR 23 december 2011, ECLI:NL:HR:2011:BU1709

Voor een wijziging van eerder overeengekomen (kinder)alimentatie wegens gewijzigde omstandigheden (art. 1:401 lid 1 BW) is noodzakelijk, maar ook voldoende dat deze alimentatie vanwege de wijziging in omstandigheden niet meer aan de wettelijke maatstaven voldoet. Het hof stelde in dit geval ten onrechte de eis dat de vrouw had moeten aantonen dat de alimentatie was aangegaan met grove miskenning van de wettelijke maatstaven. (meer…)

Cassatieblog.nl