Dossier: Prejudiciële uitspraken HvJEU


HR 3 oktober 2014, ECLI:NL:HR:2014:2901 (Y/DAS Rechtsbijstand)

De Hoge Raad stelt prejudiciële vragen aan het Europese Hof van Justitie over het recht op vrije advocaatkeuze bij een ontslagprocedure ex art. 6 BBA. De vraag wordt gesteld in het kader van een (eveneens) prejudiciële procedure bij de Hoge Raad, waarbij aan de Hoge Raad de vraag werd voorgelegd of de art. 6 BBA-ontslagprocedure kwalificeert als “gerechtelijke of administratieve procedure” als bedoeld in art. 4:67 Wft en art. 4 lid 1 sub a richtlijn 87/344/EG. (meer…)

HR 21 februari 2014, ECLI:NL:HR:2014:396 (X/DAS Rechtsbijstand)

Het recht op vrije keuze van een rechtshulpverlener is niet afhankelijk van een besluit van de rechtsbijstandverzekeraar dat de zaak door een externe rechtshulpverlener zal worden behandeld. (meer…)

HR 17 januari 2014, ECLI:NL:HR:2014:88 (Ryanair/PR Aviation)

Databanken die niet aan het oorspronkelijkheidscriterium voldoen en daardoor niet auteursrechtelijk beschermd zijn, zijn evenmin vatbaar voor bescherming onder het regime van de geschriftenbescherming. De Hoge Raad stelt verder prejudiciële vragen aan het HvJEU over de toelaatbaarheid van een contractuele beperking van het gebruik van een databank die niet door het auteursrecht of het databankenrecht wordt beschermd. (meer…)

HvJ EU 7 november 2013, C-442/12 (X/DAS Rechtsbijstand)

Een rechtsbijstandverzekeraar die in zijn verzekeringsovereenkomsten regelt dat rechtsbijstand in beginsel wordt verleend door zijn werknemers, mag niet tevens bedingen dat de kosten van rechtsbijstand van een door de verzekerde vrij gekozen advocaat of rechtsbijstandverlener slechts vergoed worden indien de verzekeraar van mening is dat de behandeling van de zaak aan een externe rechtshulpverlener moet worden uitbesteed. Dat geldt ook indien rechtsbijstand voor de desbetreffende procedure naar nationaal recht niet verplicht is. (meer…)

HvJ EU 22 oktober 2013, C105/12, C106/12, C107/12 (Staat / Essent; Eneco; Delta)

Het privatiseringsverbod valt onder art. 345 VWEU; dat leidt echter niet tot onttrekking aan de toepassing van art. 63 VWEU. De onderliggende doelstellingen die de wetgever met zijn keuze voor de regeling van het eigendomsrecht nastreeft kunnen in aanmerking worden genomen als dwingende vereisten van algemeen belang om de beperking van het vrije kapitaalverkeer te rechtvaardigen. Bij de overige verboden (groepsverbod en verbod op nevenactiviteiten) kunnen de doelstellingen om kruissubsidiëring in ruime zin tegen te gaan als dwingende vereisten van algemeen belang de beperkingen van het vrije kapitaalverkeer als gevolg van de nationale bepalingen die aan de orde zijn in het hoofdgeding rechtvaardigen. (meer…)

HvJ EU 6 september 2012, C170/11 (Lippens c.s./Kortekaas c.s.)

Antwoord van het Hof van Justitie van de Europese Unie op de prejudiciële vraag van de Hoge Raad van 1 april 2011 (ECLI:NL:HR:2011:BP3048): de nationale rechter is niet verplicht om, indien een in het buitenland woonachtige partij als getuige moet worden gehoord, de route van de EU-Bewijsverordening te volgen, maar mag hem oproepen voor hem te verschijnen en hem horen volgens de regels van het nationale bewijsrecht. (meer…)

Cassatieblog.nl