Selecteer een pagina
Wanneer begint de verjaringstermijn van renteswapvorderingen?

Wanneer begint de verjaringstermijn van renteswapvorderingen?

HR 12 januari 2024, ECLI:NL:HR:2024:18

(i) Om de aanvang van de verjaringstermijn van art. 3:310 lid 1 BW vast te stellen, moet de rechter beoordelen of de benadeelde daadwerkelijk bekend is met de feiten en omstandigheden die betrekking hebben op (i) de schade – dus dat nadeel wordt geleden als gevolg van tekortschietend of foutief handelen van een derde – en (ii) de aansprakelijke persoon. Bij de beoordeling of de benadeelde daadwerkelijk bekend was met het tekortschietend of foutief handelen van de aansprakelijke persoon dient de rechter te betrekken of de benadeelde over de kennis en het inzicht beschikte om de deugdelijkheid van het handelen te kunnen beoordelen;
(ii) Het is niet zo dat bij een schending van een zorgplicht door een bank van daadwerkelijke bekendheid van de cliënt met de schade en de aansprakelijke persoon pas sprake kan zijn als de cliënt op de hoogte is van de inhoud van de zorgplicht; Lees meer…

Cassatievlog #084 | Cassatieberoep van een tussenarrest

Cassatievlog #084 | Cassatieberoep van een tussenarrest

23 januari 2024 ECLI:NL:HR:2024:57

Deze zaak draait om de mogelijkheid van cassatieberoep tegen een tussenuitspraak. De Hoge Raad herhaalt het onderscheid tussen einduitspraken en tussenuitspraken. Daarnaast gaat hij in de op de vraag wanneer sprake is van een tussenuitspraak in de zin van art. 401a lid 1 Rv, waartegen tussentijds cassatieberoep openstaat. Hidde Volberda bespreekt deze zaak in 3 minuten.

Cassatievlog #084 is ook als podcast beschikbaar.

Cassatievlog #083 | Verjaring bij zorgplichtschendingen

Cassatievlog #083 | Verjaring bij zorgplichtschendingen

HR 12 januari 2024 (kredietnemers / Deutsche Bank) ECLI:NL:HR:2024:18 en ECLI:NL:HR:2024:19 

De Hoge Raad laat zich in twee arresten uit over de verjaring van zorgplichtschendingen. De rechter moet ook vaststellen wanneer de benadeelde voldoende zekerheid had dat zijn schade het gevolg is van foutief handelen van de aansprakelijke partij. In drie minuten bespreekt Matthijs Bakker deze arresten.

Cassatievlog #083 is ook als podcast beschikbaar.

Uitleg van het petitum

Uitleg van het petitum

HR 12 januari 2024, ECLI:NL:HR:2024:22

Bij de uitleg van een petitum moet worden gekeken naar de bewoordingen daarvan, wat aan de eis ten grondslag is gelegd, de wijze waarop de wederpartij de eis heeft opgevat (of redelijkerwijs had moeten opvatten) en het verdere partijdebat. Dit geldt ook bij de uitleg van een vordering tot het geven van een verklaring voor recht. Lees meer…

Cassatievlog #082 | Conclusies van A-G Snijders van 22 december 2023

Cassatievlog #082 | Conclusies van A-G Snijders van 22 december 2023

Conclusies van A-G Snijders van 22 december 2023 ECLI:NL:PHR:2023:1206 en ECLI:NL:PHR:2023:1207.

Normaal gesproken bespreken we in de cassatievlogs uitspraken van de Hoge Raad. Deze week is dat anders. Ruben de Graaff bespreekt het advies van A-G G. Snijders in twee zaken over de openstelling van het huwelijk voor mensen van gelijk geslacht in Aruba en Curaçao. In cassatie draait het om de grenzen van de rechtsvormende taak van de rechter. Mocht het Gemeenschappelijk Hof van Justitie deze ongelijke behandeling zelf verhelpen, of had de kwestie moeten worden overgelaten aan de wetgevers van de Aruba en Curaçao?

Cassatievlog #082 is ook als podcast beschikbaar.

Welke peildatum is uitgangspunt bij een uitkoop van minderheidsaandeelhouders?

Welke peildatum is uitgangspunt bij een uitkoop van minderheidsaandeelhouders?

HR 22 december 2023, ECLI:NL:HR:2023:1824

Bij het uitkopen van minderheidsaandeelhouders op grond van art. 2:359c BW mag voor de peildatum aansluiting worden gezocht bij de datum van betaalbaarstelling onder een openbaar bod. Als de omstandigheden van het geval in andere richting wijzen, kan dat aanleiding zijn om dit uitgangspunt los te laten en zo nodig deskundigen te benoemen. Deze benadering is niet in strijd met art. 1 Eerste Protocol EVRM of art. 17 lid 1 Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.  Lees meer…

Afbakening onderzoeksplicht bij verkrijging registergoederen

Afbakening onderzoeksplicht bij verkrijging registergoederen

Cassatieblog HR 22 december 2023, ECLI:NL:HR:2023:1825 

Art. 3:23 BW staat niet in de weg aan het aannemen van goede trouw in gevallen waarin zonder dat partijen het beseffen inschrijving van de notariële akte van vestiging van een erfdienstbaarheid achterwege blijft dan wel de erfdienstbaarheid niet is vermeld in de wel ingeschreven notariële akte. Art. 3:23 BW schept immers geen onderzoeksplicht ten aanzien van de eigen verkrijging, maar strekt ertoe de eerdere rechthebbende te beschermen tegen de latere bezitter die door raadpleging van de registers de feiten of het recht had kunnen kennen. Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl