Omvang van het geding na cassatie en verwijzing: samenloop vorderingen Luchtvaartwet

HR 19 oktober 2018, ECLI:NL:HR:2018:1972 (Chipshol III/Luchthaven Schiphol)
Het gaat in deze zaak om inmiddels vervallen schadevergoedingsbepalingen op grond van de Luchtvaartwet. In deze procedure worden zowel de schadevergoeding op grond van art. 50 LVW (oud) wegens waardevermindering door het opleggen van een bouwverbod, als de afdracht van waardevermindering door het vervolgens opheffen van dat bouwverbod, beoordeeld. De Hoge Raad overweegt dat deze procedures op grond van de LVW grote gelijkenis vertonen met het onteigeningsrecht, en tussentijds cassatieberoep tegen een tussenvonnis dan ook niet kan worden opengesteld. In deze zaak ging het ten aanzien van de ene vordering (de waardevermindering) om een procedure na cassatie en verwijzing, waarvoor het algemene uitgangspunt geldt dat de rechter op niet of tevergeefs bestreden beslissingen in beginsel niet mag terugkomen. Ten aanzien van de andere vordering (de waardevermeerdering) ging het om een zaak waarin nog geen einduitspraak was gedaan. Omdat de leer van de bindende eindbeslissing in deze procedures op grond van de LVW niet geldt, betekent dat dat de rechter nog wel op zijn eerdere (tussen)beslissingen mag terugkomen. Omdat de waardevermindering en waardevermeerdering in samenhang moeten worden beoordeeld, brengt dat een uitzondering op de gebondenheid na cassatie aan niet of tevergeefs bestreden beslissingen mee: wanneer omstandigheden worden meegewogen voor het oordeel over de waardevermeerdering, moeten deze ook worden betrokken in het oordeel over waardevermindering. (meer…)
Wet Bopz: een kader voor Bopz-patiënten die verblijven in een inrichting voor forensische zorg

HR 9 november ECLI:NL:HR:2018:2087
In deze uitspraak geeft de Hoge Raad een uiteenzetting over de verhouding tussen huisregels, beperkingen en dwangbehandeling tegen de achtergrond van verblijf in een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC). (meer…)
Wet Bopz: nogmaals de positie van de arts verstandelijk gehandicapten

HR 2 november 2018 ECLI:NL:HR:2018:2044 en ECLI:NL:HR:2018:2046
De Hoge Raad heeft een tweetal uitspraken gedaan over de positie van de arts voor verstandelijk gehandicapten. Bij geconstateerde psychiatrische problematiek van een verstandelijk gehandicapte patiënt dient een psychiater het onderzoek over te nemen of bij het onderzoek betrokken te worden. (meer…)
Uitzondering op Baijingsleer mogelijk voor na ontbindingsuitspraak bekend geworden feiten

HR 26 oktober 2018, ECLI:NL:HR:2018:1986
In een geval waarin de rechter een arbeidsovereenkomst heeft ontbonden onder het vóór 1 juli 2015 geldende recht wegens een aan de ex-werknemer verweten gedraging en na de ontbindingsprocedure op dit punt nieuwe informatie van wezenlijke betekenis is bekend geworden die de ontbindingsrechter op dit punt niet heeft kunnen meewegen, is het in lijn met het Baijingsarrest, dat in een afzonderlijk geding alsnog op basis van de nieuw bekend geworden feiten kan worden beoordeeld of de werknemer op grond van de eisen van goed werkgeverschap of die van de redelijkheid en billijkheid aanspraak heeft op een (aanvullende) vergoeding in verband met de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. (meer…)
Verhouding hoofdprocedure en schadestaatprocedure

HR 19 oktober 2018, ECLI:NL:HR:2018:1975
Uitgangspunt is dat de rechter in de hoofdprocedure de grondslag voor aansprakelijkheid vaststelt en dat de rechter in de schadestaatprocedure gebonden is aan dat oordeel. In onderhavige zaak laat het arrest van het hof in de hoofdprocedure geen andere uitleg toe dan dat de grondslag voor de door het hof aangenomen aansprakelijkheid van verweerster is gelegen in een rechtstreeks op art. 7:611 BW berustende verplichting van de werkgever om de werknemer diens schade als gevolg van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval te vergoeden en dat het hof op die grondslag verweerster aansprakelijk acht voor de schade die eiser lijdt als gevolg van het hem overkomen verkeersongeval, en dus niet voor de schade die eiser lijdt als gevolg van het ontbreken van een adequate verzekering. (meer…)
Recente berichten
- Cassatievlog #128 | Is de groep MD/PhD-promovendi aan het UMCG werknemer?
- Benoemingen advocaten-generaal bij de Hoge Raad
- Geen sprake van herstelexploot bij tijdige, maar later ingetrokken appeldagvaarding
- Cassatievlog #127 | Verbeurd aandeel in gemeenschapsgoed gaat van rechtswege over
- Enkele perikelen bij het aanhaken bij een eerder ingestelde collectieve vordering
- Cassatievlog #126 | Termijnverlenging WAMCA-procedure heeft geen algemene werking
- Wanneer moet een niet-geregistreerd geneesmiddel worden vergoed?
- Cassatievlog #125 | Natrekking, maar geen verrijking
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (13)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (327)
- Arbeidsrecht (233)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (67)
- Erfrecht (38)
- Europees recht (87)
- Financieel recht (51)
- Goederenrecht (93)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (60)
- Huurrecht (79)
- Huwelijksvermogensrecht (68)
- Insolventierecht (201)
- Intellectuele-eigendomsrecht (116)
- Internationaal privaatrecht (81)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (14)
- Mededingingsrecht (20)
- Ondernemingsrecht (103)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (178)
- Pensioenrecht (23)
- Personen- en familierecht (210)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (27)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (137)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (861)
- Strafrecht (8)
- Verbintenissenrecht (297)
- Vermogensrecht algemeen (86)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (78)
- Wetgeving cassatierechtspraak (13)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (120)