Selecteer een pagina

Alle berichten met de tag: BW art. 7:611


HR 23 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1267

Het is een werkgever toegestaan om een uitvoeringsovereenkomst met een pensioenfonds te beëindigen en alleen voor de op het moment van beëindiging nog actieve deelnemers (dat wil zeggen de werknemers die op dat moment nog in dienst zijn) een pensioenregeling te treffen met een verzekeraar met daarin een voorwaardelijke indexeringsmogelijkheid, terwijl de tot dan toe opgebouwde pensioenen voor alle actieve en gewezen deelnemers, alsmede voor de gepensioneerden, worden achtergelaten bij het pensioenfonds met de consequentie dat dit pensioenfonds wordt geliquideerd en de indexeringsregeling voor de reeds opgebouwde pensioenen na overdracht aan een verzekeraar vervalt. Dat levert geen ongerechtvaardigde ongelijke behandeling op door de werkgever.  (meer…)

Het overzicht van prejudiciële zaken vermeldt weer een aantal nieuwe civiele zaken waarin op grond van art. 392 Rv prejudiciële vragen aan de Hoge Raad zijn gesteld. De vragen zien op (1) ) overdracht van vorderingen door banken aan niet-bancaire kredietopkopers, (2) aansprakelijkheid ziekenhuis voor schade als gevolg van inbrengen gebrekkig PIP-implantaat (3) IPR van Curaçao en mogelijk Nederlanderschap voor erkend kind, (4) kinderalimentatie en niet-wijzigingsbeding, (5) slapend dienstverband na langdurige arbeidsongeschiktheid, (6) tenuitvoerlegging van arbitrale vonnissen in consumentenzaken en (7) loonbegrip van art. 6:107a BW en afgedragen pensioenpremies. (meer…)

HR 19 oktober 2018, ECLI:NL:HR:2018:1975

Uitgangspunt is dat de rechter in de hoofdprocedure de grondslag voor aansprakelijkheid vaststelt en dat de rechter in de schadestaatprocedure gebonden is aan dat oordeel. In onderhavige zaak laat het arrest van het hof  in de hoofdprocedure geen andere uitleg toe dan dat de grondslag voor de door het hof aangenomen aansprakelijkheid van verweerster is gelegen in een rechtstreeks op art. 7:611 BW berustende verplichting van de werkgever om de werknemer diens schade als gevolg van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval te vergoeden en dat het hof op die grondslag verweerster aansprakelijk acht voor de schade die eiser lijdt als gevolg van het hem overkomen verkeersongeval, en dus niet voor de schade die eiser lijdt als gevolg van het ontbreken van een adequate verzekering. (meer…)

HR 31 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:569 (Rabobank / Stichting Restschuld Eerlijk Delen)

Een werkgever kan een vordering instellen ter bescherming van haar werknemers die volgens haar worden geschaad door een publicatie waarin zij een rol spelen in verband met de werkzaamheden die zij als werknemer voor hun werkgever verrichten.

(meer…)

vrachtwagenHR 5 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3519 (X/ Y en Betrouwbare Totaal Service B.V.)

Indien de plaats waar de werkzaamheden worden verricht eraan in de weg staat dat de werkgever direct toezicht houdt op de naleving van de door hem gegeven instructies, dient deze zo nodig aanvullende veiligheidsmaatregelen te treffen. Het antwoord op de vraag welke maatregelen de werkgever dient te treffen, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval, waaronder de aard van de werkzaamheden, de kans dat zich een ongeval zal voordoen, de ernst die de gevolgen van een ongeval kunnen hebben en de mate van de bezwaarlijkheid van de te nemen veiligheidsmaatregelen.  (meer…)

Cassatieblog.nl