Dossier: Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES)


HR 14 juni 2013, LJN BZ5721 (notaris X/De Spaar en Beleenbank van Curaçao)

Op de notaris rust in zijn hoedanigheid, uit hoofde van zijn taak bij het verlijden van een akte, een zwaarwegende zorgplicht ter zake van hetgeen nodig is voor het intreden van de rechtsgevolgen die zijn beoogd met de in die akte opgenomen rechtshandelingen. Deze zorgplicht geldt ook voor de notaris op Curaçao. Dit brengt mee dat van de notaris bij een recherche in het kader van de overdracht van een onroerende zaak en de vestiging van een recht van hypotheek op die zaak een hoge mate van zorgvuldigheid mag worden verwacht. (meer…)

HR 1 februari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY1880 (MS Austria/Aruba Ports Authority)

Toepassing van het concordantiebeginsel brengt mee dat een loods ook naar Arubaans recht slechts aansprakelijk is voor schade die wordt toegebracht aan het door hem geloodste schip, indien hij deze schade heeft veroorzaakt door opzet of grove schuld (vergelijk art. 3 Loodsenwet). Daarbij mocht het hof betrekken dat voor Aruba blijkens een ontwerp-Landsverordening een nagenoeg identieke regeling is beoogd als in de Nederlandse Antillen en Nederland. (meer…)

HR 7 december 2012, LJN BX7590 (X/Daltra)

De in art. 7A:1614x BWA geregelde zorgplicht van de werkgever (vgl. art. 7:658 BW) houdt niet alleen in dat deze ervoor moet zorgen dat voldoende veiligheidsmateriaal op de werkplek beschikbaar is, maar ook dat hij erop toeziet dat zijn werknemers dat materiaal op de juiste wijze gebruiken als de omstandigheden waaronder moet worden gewerkt daarom vragen. Dat een werknemer ervaren is maakt dit niet anders. Een werkgever is ook verantwoordelijk voor de veiligheid van ervaren werknemers en dient steeds rekening te houden met het verschijnsel dat ook die werknemers wel eens nalaten de voorzichtigheid in acht te nemen die ter voorkoming van ongelukken geraden is. (meer…)

HR 30 november 2012, ECLI:NL:HR:2012:BX7495 (X/Lotto)

Voor de procedure tot herroeping van een Arubaanse beschikking inzake de ontbinding van een arbeidsovereenkomst, geldt – anders dan voor het Nederlandse equivalent – niet de in art. 80 lid 1 RO geregelde beperking van cassatiegronden. Aruba en Nederland kennen verschillende stelsels van rechterlijke organisatie terwijl ook de openstelling tot cassatietoetsing op verschillende wijze is geregeld. De beantwoording van de vraag in hoeverre beslissingen van de Arubaanse rechter in cassatie kunnen worden getoetst, behoort dus niet te worden bepaald door het antwoord op de vraag in hoeverre cassatietoetsing mogelijk zou zijn in een vergelijkbare zaak waarover in Nederland is geprocedeerd. (meer…)

HR 19 oktober 2012,ECLI:NL:HR:2012:BX5797 (Diageo c.s./verweersters)

Vraag of merkhouders Diageo c.s. zich kunnen verzetten tegen parallelimport van alcoholhoudende dranken met hun merken op Sint Maarten, waarbij de op de flessen aanwezige identificatienummers zijn verwijderd. Nu de Antilliaanse wetgever destijds een welbewuste keuze heeft gemaakt voor een van het Nederlandse merkenrecht afwijkend regime van vrije parallelimport, noopte het concordantiebeginsel het hof niet tot toepassing van rechtspraak van het Europese Hof van Justitie. De enkele omstandigheid dat een merkhouder een legitiem doel nastreeft met een maatregel brengt niet mee dat hij een gegronde reden heeft voor verzet als bedoeld in art. 23 lid 8 Merkenlandsverordening 1995, indien een handelaar die maatregel ongedaan maakt. (meer…)

HR 13 april 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV5549 (Palu di Mangel/Korpodeko)

Een onjuiste beslissing ten aanzien van de vraag of het griffierecht tijdig is betaald, is geen fout die zich leent voor eenvoudig herstel in de zin van art. 66 Rv Curaçao (art. 31 Rv NL).  (meer…)

Cassatieblog.nl