Selecteer een pagina
Bewijs van beweerdelijke internetstoring

Bewijs van beweerdelijke internetstoring

HR 26 mei 2023, ECLI:NL:HR:2023:776

Een termijnoverschrijding kan verschoonbaar zijn als deze is veroorzaakt door een verstoring, zoals een stroom- of internetstoring. De rechter moet gelegenheid bieden om een dergelijke verstoring en de niet-toerekenbaarheid daarvan te onderbouwen. Daarbij geldt dat het in de praktijk niet steeds mogelijk zal zijn om direct bij de indiening van het stuk of het bericht nadat de verstoring is verholpen, de oorzaak en de niet-toerekenbaarheid van de verstoring te onderbouwen.  Lees meer…

De hinderpaal van art. 13 lid 1 Zvw: voor de derde keer in cassatie

De hinderpaal van art. 13 lid 1 Zvw: voor de derde keer in cassatie

HR 9 december 2022, ECLI:NL:HR:2022:1789

(i) Het hinderpaalcriterium ligt nog steeds besloten in art. 13 lid 1 Zvw; (ii) Het criterium is niet in strijd met Richtlijn Solvabiliteit II; (iii) Zorgverzekeraars mogen hun gewogen gemiddeld gecontracteerde tarief als uitgangspunt nemen voor de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg. Zij zijn niet gehouden om het feitelijk gehanteerde tarief als uitgangspunt te hanteren; (iv) Zorgverzekeraars mogen als uitgangspunt een generiek kortingspercentage toepassen op het uitgangstarief voor de vergoeding. Na toepassing van een dergelijke korting kan de vergoeding voor de modale zorggebruiker evenwel in voorkomende gevallen een feitelijke hinderpaal opleveren. Of dit zo is, moet worden beoordeeld aan de hand van concrete feiten en omstandigheden, waaronder met name de hoogte van de kosten van de desbetreffende zorgvorm; (v) De vraag of sprake is van een feitelijke hinderpaal doet zich voor op het moment dat de verzekerde voor de keuze staat of hij gebruik wil maken van een niet-gecontracteerde zorgaanbieder. Als op dat moment duidelijk is dat de verzekerde een beroep kan doen op een hardheidsclausule en/of de zorgaanbieder de kosten (deels) voor zijn rekening neemt, moeten die omstandigheden worden betrokken bij de beoordeling of sprake is van een hinderpaal.  Lees meer…

Cassatievlog #058 | Te laat indienen memorie van grieven wegens internetstoring

Cassatievlog #058 | Te laat indienen memorie van grieven wegens internetstoring

Hoge Raad 26 mei 2023,  ECLI:NL:HR:2023:776

In dit vlog bespreekt Hidde Volberda een uitspraak van de Hoge Raad over een advocaat die zijn Memorie van Grieven te laat had ingediend, vanwege een internetstoring. Het hof oordeelde dat zijn recht om een Memorie van Grieven te nemen was komen te vervallen. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het hof. Hij oordeelt dat het hof de advocaat in de gelegenheid had moeten stellen om te onderbouwen dat er daadwerkelijk een (niet-toerekenbare) internetstoring had plaatsgevonden.

Cassatievlog #058 is ook als podcast beschikbaar.

Eenzijdige wijziging van de (toeslagverlening in de) pensioenovereenkomst

Eenzijdige wijziging van de (toeslagverlening in de) pensioenovereenkomst

HR 21 april 2023, ECLI:NL:HR:2023:661

(i) Een eenzijdig wijzigingsbeding in een arbeidsovereenkomst kan ook betrekking hebben op wijzigingen in de pensioenovereenkomst. Dit is een kwestie van uitleg.
(ii) Art. 20 Pw staat er niet aan in de weg dat een onvoorwaardelijke toeslagverlening, met als voorwaardelijk element de voortzetting van de arbeidsrelatie (deelname aan de regeling), voor de toekomst wordt gewijzigd in een voorwaardelijke toeslagverlening.
(iii) Art. 20 Pw is niet van toepassing op wijzigingen in de uitvoeringsovereenkomst. Lees meer…

Nadere uitwerking limitatieve matigingsgronden van art. 2:248 lid 4 BW

Nadere uitwerking limitatieve matigingsgronden van art. 2:248 lid 4 BW

HR 21 april 2023, ECLI:NL:HR:2023:635

Art. 2:248 lid 4 BW bevat een limitatieve opsomming van de gronden voor vermindering van het bedrag waarvoor de bestuurders aansprakelijk zijn. Matiging is niet slechts mogelijk als het boedeltekort groter is dan de schade die door het onbehoorlijk bestuur is veroorzaakt, ook niet als hoofdregel. Als bestuurders geen persoonlijk voordeel hebben genoten door hun onbehoorlijke taakvervulling, kan dat in aanmerking worden genomen bij de beoordeling of de aard en ernst van de onbehoorlijke taakvervulling aanleiding tot matiging geeft. Omgekeerd ligt het voor de hand dat de rechter minder reden voor matiging ziet als de bestuurder van zijn onverantwoordelijk gedrag heeft geprofiteerd. Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl