Weigering van betaling onder abstracte bankgarantie bij bedrog of willekeur

HR 13 maart 2015, ECLI:NL:2015:600 (ABN AMRO / Rabobank c.s.)

Gelet op de aard en functie van een abstracte bankgarantie in het handelsverkeer is strikte toepassing van de daarin gestelde voorwaarden geboden. Dit is anders indien sprake is van bedrog of willekeur aan de zijde van de begunstigde of van degene die opdracht gaf voor het stellen van de garantie. De zekerheidsfunctie van de bankgarantie vereist dat de bank haar beroep op bedrog of willekeur onverwijld tegenwerpt, met opgave van redenen die dit beroep kunnen dragen. Lees meer…

Girale overboeking die pas na faillietverklaring schuldenaar wordt gecrediteerd kan worden teruggevorderd

HR 13 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:689 (JPR/Gunning q.q.)

Het hof heeft met juistheid de regel uit het arrest Vis q.q./NMB toegepast, inhoudend dat een girale betaling na faillietverklaring van de schuldenaar kan worden teruggevorderd, indien de bank aan welke de betalingsopdracht was gegeven op de dag van faillietverklaring nog handelingen moest (laten) verrichten ter effectuering daarvan. Voor toekomstige faillissementen formuleert de Hoge Raad een nieuwe regel: de curator kan steeds het betaalde terugvorderen waarmee pas na het intreden van de faillissementstoestand de rekening van de schuldeiser is gecrediteerd. Lees meer…

De waardering van het deskundigenbericht in het licht van het beginsel van hoor en wederhoor

HR 13 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:599

Om effectief commentaar te kunnen leveren op een deskundigenbericht, behoeven partijen niet steeds te beschikken over alle gegevens en bescheiden waarop het deskundigenbericht is gebaseerd. Een partij die een deskundigenbericht zonder die gegevens onvoldoende inzichtelijk of controleerbaar acht, kan daarvan blijk geven in haar commentaar, waarna het aan de rechter is om te beoordelen of hij het deskundigenbericht zonder schending van het beginsel van hoor en wederhoor aan zijn beslissing ten grondslag kan leggen. Lees meer…

Omzettingsverzoek ex art. 15b Fw moet gegevens bevatten omtrent (vergeefse) poging minnelijk akkoord

HR 13 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:589

Antwoord op prejudiciële vraag. Een verzoek tot omzetting van een faillissement in een schuldsaneringsregeling (art. 15b Fw) dient vergezeld te gaan van stukken waaruit blijkt dat een buitengerechtelijk schuldeisersakkoord is beproefd (art. 285 lid 1, aanhef en onder f, Fw). Aan deze eis kan worden voldaan met een verklaring van de curator (dat deze heeft onderzocht) dat er geen reële mogelijkheden zijn voor een buitengerechtelijke regeling. De herstelmogelijkheid van art. 287 lid 2 Fw is ook van toepassing op omzettingsverzoeken. Lees meer…

De maatstaf bij merkinbreukmakend verwarringsgevaar of kielzogvaren

HR 20 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:397 (AFC Ajax/Promosports)

Een beoordeling van het gestelde verwarringsgevaar (art. 2.20 lid 1 sub b BVIE) of verband (sub c) kan slechts achterwege blijven indien in geen enkel opzicht overeenstemming bestaat tussen het ingeroepen merk en het beweerd inbreuk makende teken. Vertonen merk en teken daarentegen een zekere, zelfs geringe, mate van overeenstemming, dan dient de rechter een globale beoordeling te verrichten om uit te maken of, niettegenstaande de geringe mate van overeenstemming tussen merk en teken, het betrokken publiek merk en teken met elkaar kan verwarren of een verband tussen beide legt, op grond van andere relevante factoren, zoals de algemene bekendheid of reputatie van het merk. Lees meer…

Gevolgen onterechte verrekening in fiscale context

HR 13 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:299 (Ontvanger / Hydepark)

Wanneer een vordering van een participant van een fiscale eenheid op de Ontvanger door de Ontvanger wordt verrekend met een belastingschuldschuld van een andere participant, kan eerstgenoemde – wanneer de schuld van de ander later in een fiscale procedure wordt verminderd – het “teveel verrekende” (in civilibus) van de Ontvanger vorderen. Lees meer…

Wet Bopz: geen hoge eisen aan stelplicht verzoek nader deskundigenonderzoek

ziekenhuisgangHR 6 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:528

Ten aanzien van een verzoek om een nader, deskundig medisch-psychiatrisch onderzoek kunnen geen hoge eisen worden gesteld aan de stelplicht van betrokkene. Voldoende is dat duidelijk is waarom de conclusies van de geneeskundige verklaring in twijfel worden getrokken en waarop het verzochte onderzoek zich volgens betrokkene zou moeten richten.  Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl