Het toepasselijke recht op een arbeidsovereenkomst met grensoverschrijdend karakter

HR 29 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:958
Het hof heeft verzuimd om voldoende kenbaar in zijn beoordeling te betrekken enkele van de factoren en omstandigheden waaraan bij de toepassing van de uitzonderingsbepaling van art. 8 lid 4 Rome I-verordening belangrijke betekenis toekomt en waarmee de rechter rekening moet houden. (meer…)
Toepassing van de devolutieve werking bij bestuurdersaansprakelijkheid

HR 29 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:984
De geïntimeerde, bestuurder van een vennootschap, heeft geen memorie van antwoord genomen. Op grond van de devolutieve werking moeten zijn stellingen uit de eerste aanleg echter worden betrokken bij de beoordeling van de pas bij grieven uitgewerkte grondslag voor bestuurdersaansprakelijkheid. Hetzelfde geldt voor de stellingen van de bestuurder bij pleidooi in hoger beroep, nu deze een nadere uitwerking of precisering zijn van die stellingen in eerste aanleg. (meer…)
Exploot van oproepingsbericht betekend aan onjuist adres

HR 24 april 2020 ECLI:NL:HR:2020:803
Nu het exploot van oproeping is betekend aan verweerders onder 2 op het adres aan de [a-straat 2] te Amsterdam terwijl in de procesinleiding als adres van verweerders onder 2 is vermeld [a-straat 1] te Amsterdam, moet ervan worden uitgegaan dat het exploot niet aan het juiste adres is betekend. Aannemelijk is dat het exploot verweerders onder 2 niet heeft bereikt als gevolg van betekening op een onjuist adres, zodat is voldaan aan het bepaalde in art. 121 lid 3 Rv. Dit brengt mee dat de nietigheid van het exploot dient te worden uitgesproken. (meer…)
De reikwijdte van art. 810a lid 2 Rv – mogelijkheid contra-expertise

HR 29 mei 2020 ECLI:NL:HR:2020:961
Uitgangspunt is dat een ouder om onderzoek kan vragen indien een door of in opdracht van de Raad voor de Kinderbescherming of de gecertificeerde instelling opgesteld onderzoeksrapport voorhanden is. Daarop zijn uitzonderingen. (meer…)
Recente berichten
- Het pluraliteitsvereiste en de privatieve last tot uitoefening van een vorderingsrecht
- Cassatievlog #137 | Prejudiciële vragen consumentenkrediet
- Het vaststellen van het recht dat toepasselijk is op kartelschadeclaims
- Beroep op exoneratieclausules kan niet naar de schadestaat worden doorgeschoven
- Verkrijging Nederlanderschap na erkenning ouder kind vereist DNA-bewijs dat aan de wettelijke eisen voldoet
- Hoe ver reikt het rechtsmiddelenverbod van art. 7:262 lid 2 BW?
- Toepassing in het concrete geval bepalend voor vergoedbaarheid hulpmiddel
- Verhouding uitleveringsrechter en civiele rechter bij uitlevering
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (13)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (331)
- Arbeidsrecht (238)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (69)
- Erfrecht (42)
- Europees recht (88)
- Financieel recht (52)
- Goederenrecht (94)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (62)
- Huurrecht (80)
- Huwelijksvermogensrecht (69)
- Insolventierecht (203)
- Intellectuele-eigendomsrecht (116)
- Internationaal privaatrecht (82)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (15)
- Mededingingsrecht (21)
- Ondernemingsrecht (103)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (181)
- Pensioenrecht (24)
- Personen- en familierecht (212)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (28)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (145)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (875)
- Strafrecht (10)
- Verbintenissenrecht (300)
- Vermogensrecht algemeen (90)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (79)
- Wetgeving cassatierechtspraak (14)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (125)