Dossier: Insolventierecht


HR 13 juni 2014, ECLI:NL:HR:2014:1404 (X/mr. H.M. Eijking q.q.)

Ingevolge art. 137e Fw kan een schuldeiser in verzet komen tegen de uitdelingslijst die is opgemaakt in het kader van een vereenvoudigde afwikkeling van het faillissement (art. 137a-137g Fw). Indien in de vereenvoudigde afwikkeling van het faillissement geen verificatievergadering is gehouden, kan een schuldeiser zich bij wege van verzet tegen de uitdelingslijst beroepen op een recht van voorrang, waarop hij eerder geen beroep heeft gedaan. (meer…)

HR 23 mei 2014, ECLI:NL:HR:2014:1213 (Productschap Vee en Vlees / Van der Molen qq)

Een belastingschuld die voortvloeit uit een ná faillietverklaring in werking getreden heffingsverordening – welke verordening terugwerkt tot een datum gelegen vóór faillietverklaring en daarom een grondslag biedt voor heffingen over de periode vóór faillietverklaring – is voor de toepassing van art. 53 Fw niet ontstaan vóór faillietverklaring. Een dergelijke schuld kan dus niet op grond van dat artikel worden verrekend met een vordering van de failliet op het desbetreffende overheidslichaam.  (meer…)

Het komt niet vaak voor dat de Hoge Raad op de wekelijkse rolzitting geen enkele uitspraak doet. Afgelopen vrijdag was dat wel het geval. In plaats van uitspraken signaleren wij deze week de meest recente prejudiciële vragen aan de Hoge Raad. In maart 2014 waren dat er drie. Van de rechtbank Amsterdam komt een vervolgvraag over het recht op vrije advocaatkeuze in geval van een rechtsbijstandverzekering (ECLI:NL:RBAMS:2014:1920). De andere twee vragen komen van het gerechtshof Den Bosch. De eerste vraag is gesteld in een schuldsaneringszaak (zaaknr HV 200.140.979/01, n.n.g.); de tweede betreft een ontvankelijkheidskwestie in een jeugdzaak (ECLI:NL:GHSHE:2014:885). (meer…)

HR 11 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:896 (Ontvanger/Horeca Holding c.s.)

Voor zover de curator op het perceel van de belastingschuldige handelingen verricht die strekken tot beheer en vereffening van de failliete boedel als bedoeld in art. 68 Fw, dient tot uitgangspunt dat niet reeds op die enkele grond sprake is van bodem van de belastingschuldige in de zin van art. 22 lid 3 Iw 1990. Voor zover de curator echter op het perceel van de belastingschuldige handelingen verricht tot voortzetting van diens bedrijf als bedoeld in art. 98 Fw, brengt dat in beginsel wel mee dat sprake is van diens bodem in de zin van art. 22 lid 3 Iw 1990. (meer…)

HR 21 maart 2014, ECLI:NL:HR:2014:675 (X/SRC)

Art. 30 Fw is in cassatie niet reeds van toepassing nadat de stukken zijn gefourneerd voor arrest, maar pas nadat de termijn voor het indienen van een reactie op de conclusie van de Procureur-Generaal is verstreken. Faillietverklaring vóór dat moment leidt daarom tot schorsing van rechtswege van een procedure die de voldoening van een verbintenis uit de boedel ten doel heeft (art. 29 Fw) en brengt mee dat schorsing van een procedure met een ander doel kan worden verzocht teneinde de curator op te roepen (art. 2728 Fw).  (meer…)

HR 21 maart 2014, ECLI:NL:HR:2014:679 (mr. Dulack q.q./verweerster)

De regel dat op de professionele kredietverlener die een borgtochtovereenkomst aangaat met een particulier een mededelingsplicht rust omtrent de risico’s van de borgstelling, geldt niet voor de faillissementscurator die in het kader van het beheer en de vereffening van de faillissementsboedel(s) een particuliere borgtochtovereenkomst aangaat ter afwikkeling van een geschil over de onttrekking van gelden aan de boedel(s). (meer…)

Cassatieblog.nl