Dossier: Overheidsrecht


HR 20 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:2049 (Staat/Verweerder)

(1) Partijen mogen aan een tijdens mediation gemaakte afspraak in beginsel niet het vertrouwen ontlenen dat die afspraak hen na beëindiging van de mediation juridisch blijft binden, als niet is voldaan aan de daartoe in de mediationovereenkomst overeengekomen vormvereisten.
(2) Een partij die naleving wenst van een uit overeenkomst voortvloeiende verplichting voor de Inspecteur tot het nemen van een bepaald besluit (het opleggen van een belastingaanslag), dient zich – na eventueel bezwaar – tot de bestuursrechter te wenden. Dit geldt zowel indien het toegezegde besluit niet genomen wordt, als indien het genomen besluit niet beantwoordt aan de gestelde overeenkomst. (meer…)

HR 6 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:CA3743 (Transautex/Ontvanger)

De regeling van art. 54 leden 3 en 4 Rv voor betekening aan een bestaande of ontbonden rechtspersoon zonder kantoor, bestuur of vereffenaar, leent zich voor overeenkomstige toepassing op het geval waarin een rechtspersoon na te zijn ontbonden heeft opgehouden te bestaan, en desondanks – op grond van art. 34 of 35 IW 1990 – belang bestaat bij het kunnen betekenen van een exploot dat stuiting van verjaring van het recht tot invordering van een door die rechtspersoon belopen belastingschuld tot gevolg heeft.  (meer…)

HR 29 november 2013, ECLI:NL:HR:2013:1456

Met art. 8:75 Awb is beoogd het oordeel omtrent de vergoeding van proceskosten in de bestuursrechtelijke procedure bij uitsluiting op te dragen aan de bestuursrechter. De burgerlijke rechter dient daarom de partij die een dergelijke proceskostenvergoeding vordert in beginsel niet-ontvankelijk te verklaren. Voor aanvullende rechtsbescherming door de burgerlijke rechter is geen plaats, tenzij de belanghebbende zijn aanspraak niet aan de bestuursrechter heeft kunnen voorleggen. (meer…)

HR 22 november 2013, ECLI:NL:HR:2013:1206; ECLI:NL:HR:2013:1209; ECLI:NL:HR:2013:1210; ECLI:NL:HR:2013:1211; ECLI:NL:HR:2013:1212 (belanghebbenden/Staatssecretaris van Financiën)

De fiscale vrijstelling van schenk- en erfbelasting van ondernemingsvermogen is niet in strijd met het (verdragsrechtelijke) gelijkheidsbeginsel. De wetgever mag volgens de Hoge Raad onderscheid maken tussen het belasten van ondernemingsvermogen en het belasten van particulier vermogen. (meer…)

HR 8 november 2012, ECLI:NL:HR:2013:1139 (Gemeente Amsterdam/Ondernemingsraad van de Gemeente Amsterdam)

Een besluit dat rechtstreeks betrekking heeft op het inrichten en vaststellen van de begroting en op de daarmee samenhangende terbeschikkingstelling van krediet is onmiskenbaar van dien aard dat het een politieke afweging vergt van de daaraan verbonden voor- en nadelen. Reeds daarom is sprake van een besluit als bedoeld in art. 46d, aanhef en onder b, WOR, dat van medezeggenschap ingevolge de WOR is uitgesloten. (meer…)

HR 25 oktober 2013, ECLI:NL:HR:2013:1042 (X c.s./Staat)

(1) Een vordering in kort geding van belastingplichtigen tot overlegging van ongeschoonde stukken door de Belastingdienst, in het bijzonder wat betreft de identiteit van een tipgever en wat betreft de met deze tipgever gesloten overeenkomst, heeft enerzijds een strekking die verder gaat dan wordt gerechtvaardigd door het belang naar behoren verweer te kunnen voeren in de fiscale procedure, terwijl anderzijds die fiscale procedure met voldoende waarborgen is omkleed. De Belastingdienst is daarom niet gehouden op grond van het equality of arms-beginsel de ongeschoonde stukken over te leggen.
(2) De Belastingdienst is gerechtigd om naast ex art. 52a AWR vastgestelde informatiebeschikkingen een kort-gedingprocedure bij de civiele rechter aanhangig te maken strekkende tot naleving van de informatieverplichtingen van de AWR, op straffe van een dwangsom. (meer…)

Cassatieblog.nl