Selecteer een pagina

Dossier: Proces- en beslagrecht


HR 22 april 2022, ECLI:NL:HR:2022:628 (X / Stichting Het Utrechts Landschap)

(i) Een digitale zitting is niet naar zijn aard niet openbaar. Het beperken van de openbaarheid van een zitting – door slechts enkele mensen digitaal toe te laten – is niet in strijd met art. 6 EVRM en art. 121 van de Grondwet.
(ii) Het vergoedingsrecht voor erfpachtafhankelijke opstalrechten op grond van art. 5:105 lid 3 BW in samenhang met art. 5:99 BW geldt ook voor afhankelijke opstalrechten die vóór 1 januari 1992 bestonden.  (meer…)

HR 22 april 2022 ECLI:NL:HR:2022:585

Als een partij niet-ontvankelijk wordt verklaard in een door haar ingesteld verzet tegen een verstekvonnis, kan een in het verzet-exploot ingestelde vordering in reconventie onder omstandigheden alsnog worden beoordeeld door de rechter. Daarvoor is nodig dat de betrokken partij te kennen geeft in geval van niet-ontvankelijkheid in het verzet toch beoordeling van haar vordering te wensen. In dat geval kan het exploot worden aangemerkt als een gewone dagvaarding, die een nieuwe procedure inluidt. (meer…)

HR 22 april 2022, ECLI:NL:HR:2022:594

In cassatie staat in deze zaak de vraag centraal of in hoger beroep door appellant een (kenbare) grief is gericht tegen een bepaalde – voor appellant nadelige – beslissing van de rechtbank. Dat is van belang, omdat het hof anders in beginsel gebonden is aan die beslissing van de rechtbank. In dit geval was geen (kenbare) grief gericht tegen de voor appellant nadelige beslissing van de rechtbank. Het hof is dan ook buiten de grenzen van de rechtsstrijd in hoger beroep getreden door desondanks op dat punt tot een andere beslissing te komen dan de rechtbank. (meer…)

HR 1 april 2022, ECLI:NL:HR:2022:495

De erfgenamen kunnen daarom niet zelf als zodanig voor de nalatenschap optreden. Gevolgen daarvan voor de ontvankelijkheid in cassatie en voor de vraag of sprake is van een processueel ondeelbare rechtsverhouding. (meer…)

HR 1 april 2022, ECLI:NL:HR:2022:493

De huurder die tijdens een renovatie het gehuurde moet verlaten en tijdelijk verblijft in een door de verhuurder aangeboden volledig ingerichte en gestoffeerde wisselwoning, heeft geen aanspraak op de minimumbijdrage voor de kosten van verhuizing. Dit geldt ook als de huurder geen gebruik maakt van de door de verhuurder aangeboden wisselwoning, zolang de aangeboden wisselwoning kan worden aangemerkt als een redelijke en passende voorziening.  (meer…)

HR 25 februari 2022, ECLI:NL:HR:2022:298

Een conservatoir beslag wordt gevolgd door een hoofzaak waarin in eerste aanleg een veroordeling wordt gevorderd, maar in hoger beroep een verklaring voor recht. Levert het arrest een executoriale titel op?  (meer…)

Cassatieblog.nl