Dossier: Proces- en beslagrecht


HR 12 augustus 2016,  ECLI:NL:HR:2016:1928 (Continental c.s. / Ontvanger)

Aan de Ontvanger kunnen geen exploten worden betekend langs de weg van art. 49 Rv, welke bepaling zich ook niet leent voor toepassing bij analogie. Ten aanzien van de Ontvanger kan slechts sprake zijn van betekening in persoon (art. 143 lid 2 Rv) indien afschrift van het exploot wordt gelaten aan de daartoe aangewezen functionaris (of aan de waarnemend Ontvanger) persoonlijk. (meer…)

HR 12 augustus 2016, ECLI:NL:HR:2016:1926

Griffierecht wordt verschuldigd op de eerste roldatum of bij de eerste uitroeping van een zaak. Op grond van art. 28 Wet griffierechten burgerlijke zaken is de advocaat medeaansprakelijk voor de betaling van het griffierecht. Deze medeaansprakelijkheid rust alleen op de advocaat die de partij bijstaat op het moment dat de proceshandeling wordt verricht waardoor het griffierecht wordt verschuldigd, en niet op een advocaat die de partij later in dat geschil bijstaat. (meer…)

HR 26 juni 2016, ECLI:NL:HR:2016:1290

De advocaat van de man is welbewust zonder zijn cliënten ter zitting  verschenen en heeft beoogd een inhoudelijke behandeling van het hoger beroep ter zitting onmogelijk te maken. Het hof heeft op grond van misbruik van procesrecht kunnen beslissen de zaak zonder verdere mondelinge behandeling ter zitting af te doen. (meer…)

HR 8 juli 2016, ECLI:NL:HR:2016:1514

Antwoord op prejudiciële vraag. Art. 38 lid 4 Wet op de rechtsbijstand (hierna: Wrb) moet – ondanks het ontbreken van een expliciete verwijzing naar de bevelschriftprocedure – ook ná de intrekking van de Wet tarieven in burgerlijke zaken per 1 januari 2015 – zo worden uitgelegd dat rechtsbijstandsverleners de president van de rechtbank kunnen verzoeken een bevelschrift af te geven. De vaststelling van de eigen bijdrage en eigen kosten geschiedt in een verzoekschriftprocedure ex art. 261 e.v. Rv. Dit bevelschrift is een in executoriale vorm uitgegeven beschikking ex art. 430 Rv. (meer…)

HR 24 juni 2016, ECLI:NL:HR:2016:1271

De Hoge Raad stelt buiten twijfel dat conservatoir beslag in beginsel kan strekken ter verzekering van een vordering die (nog) niet opeisbaar is. Uitleg overgangsrecht met betrekking tot verval aanspraak op legitieme portie (art. 128 Ow BW jo. 4:85 BW). (meer…)

HR 8 juli 2016, ECLI:NL:HR:2016:1468

Verkrijging door bevrijdende verjaring impliceert dat de eigendom niet meer bij akte behoeft te worden geleverd. De akte waarvoor het vonnis van de rechtbank in de plaats treedt is dus niet een akte als bedoeld in art. 3:301 BW, zodat het tweede lid van dit artikel, waarin is bepaald dat een rechtsmiddel op straffe van niet-ontvankelijkheid binnen acht dagen na het instellen dient te worden ingeschreven in de registers (art. 433 Rv), niet van toepassing is. (meer…)

Cassatieblog.nl