Selecteer een pagina

Dossier: Proces- en beslagrecht


HR 24 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1114 (Almer Beheer c.s./Van den Dungen Vastgoed c.s.)

Na beantwoording van prejudiciële vragen door het Europese Hof van Justitie oordeelt de Hoge Raad dat de in art. 5:2 Wft omschreven prospectusplicht niet van toepassing is op de executoriale verkoop van in beslag genomen certificaten van aandelen op de voet van art. 474g Rv. (meer…)

HR 17 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1078.

Stukken die door middel van faxapparatuur vóór 24.00 uur van de laatste dag van een lopende termijn ter griffie zijn ontvangen, gelden als binnen de termijn ingediend. Andersluidende bepalingen in procesreglementen zijn onverbindend; de in art. 33 lid 1 Rv neergelegde beperking van het elektronisch verkeer tot gevallen waarin daarin is voorzien in een voor dat gerecht vastgesteld procesreglement, geldt niet voor faxverkeer. (meer…)

Oranje stoplichtHR 17 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1075 (Curatoren Midreth/Black Box)

De sanctie op het niet in acht nemen van termijnen uit het onderhavige pilotreglement dient, zeker nu de toegang tot de (appel)rechter in het geding is, in redelijke verhouding te staan tot het verzuim. Nu op grond van het toepasselijke pilotreglement één termijn voor het indienen van memories geldt, die niet wordt verlengd, terwijl bij overschrijding van die termijn, zonder peremptoirstelling of voorafgaande waarschuwing, ambtshalve akte niet-dienen wordt verleend, dient een belangenafweging plaats te vinden, die in een geval als het onderhavige zonder meer dient te leiden tot het verlenen van een (korte) termijn van veertien dagen om het verzuim te herstellen. (meer…)

witte rijstHR 17 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1074

(1) Voor zover bij de beoordeling of een beslag moet worden opgeheven, de aannemelijkheid van de gestelde vordering ter zake waarvan het beslag is gelegd, wordt meegewogen, is de rechter niet gebonden aan de grondslagen voor die vordering die in het beslagrekest zijn vermeld. (2) Het enkele feit dat het beslag in de loop van het geding door de beslaglegger wordt opgeheven, of het feit dat de vordering in de bodemprocedure is afgewezen en hiertegen een rechtsmiddel is ingesteld, rechtvaardigt niet het oordeel dat summierlijk is gebleken van de ondeugdelijkheid van de vordering waarvoor het beslag is gelegd. (meer…)

HR 3 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:823 (Eiser / Centre Hotel)

Rechterlijke goedkeuring voor een van de wettelijke huurrechtbepalingen afwijkend beding (art. 7:291 BW) kan ook nog worden verkregen nadat het beding (in of buiten rechte) is vernietigd. Door goedkeuring wordt het vernietigde beding alsnog rechtsgeldig. De maatstaf ter goedkeuring waarborgt de rechtsbescherming van de huurder, aangezien goedkeuring slechts wordt verleend als het afwijkend beding diens rechten niet wezenlijk aantast, of de huurder – gelet op diens maatschappelijke positie – deze rechtsbescherming in redelijkheid niet behoeft. (meer…)

HR 27 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:760 (AIG/Verweerder)

(1) In het geval een verklaring voor recht wordt gevorderd omtrent aansprakelijkheid voor schade, moet de rechter ervan uitgaan dat de eiser hierbij belang heeft als de mogelijkheid van schade aannemelijk is, óók als niet tevens een veroordeling tot schadevergoeding of verwijzing naar de schadestaatprocedure wordt gevorderd. De Hoge Raad komt hiermee terug van zijn oordeel in HR 30 maart 1951, NJ 1952/29. (2) De burgerlijke rechter is ten aanzien van de bewijswaardering niet gebonden aan de aanvaarding van een beroep op noodweer door de strafrechter. (meer…)

Cassatieblog.nl