HR 31 mei 2024 ECLI:NL:HR:2024:789
Indien de aanvankelijk afgegeven medische verklaring niet berust op een onderzoek door de psychiater in fysieke aanwezigheid van de betrokkene, bestaat aanleiding de medische verklaring aan te vullen als voorafgaand aan het verzoek om een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel een onderzoek door de psychiater in fysieke aanwezigheid van de betrokkene wel mogelijk is.
In het kader van de voorbereiding van een crisismaatregel was een medische verklaring van een onafhankelijk psychiater afgegeven. De psychiater had de wijze van onderzoek, via een beeldverbinding, toegelicht door er op te wijzen dat betrokkene was gezien door twee artsen, duidelijk sprake was van een ernstig psychotisch toestandsbeeld door drugsgebruik en onmiddellijk overplaatsing naar een instelling nodig werd geacht. Een persoonlijk onderzoek zou pas 60 minuten later kunnen plaatsvinden.
De rechtbank had in het kader van het verzoek om voortzetting van de crisismaatregel geoordeeld dat voldoende was onderbouwd dat onderzoek in de fysieke aanwezigheid van de psychiater in dit specifieke geval niet verantwoord was. Deze uitspraak blijft niet in stand.
De Hoge Raad wijst er, meer algemeen, op dat, indien de aanvankelijk afgegeven medische verklaring niet berust op een onderzoek door de psychiater in fysieke aanwezigheid van de betrokkene, aanleiding bestaat de medische verklaring aan te vullen als voorafgaand aan het verzoek om een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel een onderzoek door de psychiater in fysieke aanwezigheid van de betrokkene wel mogelijk is.
Nu de rechtbank in deze zaak bij de beoordeling van het onderzoek door de psychiater slechts acht had geslagen op de situatie op het moment van de beoordeling door de psychiater, en uit die door de rechtbank in aanmerking genomen omstandigheden niet kan worden afgeleid dat het ook nadien redelijkerwijs niet mogelijk was voor een psychiater om betrokkene in een direct contact, dat wil zeggen: in diens fysieke aanwezigheid, te spreken en te observeren en op grond daarvan een nieuwe of aanvullende medische verklaring op te stellen, kan de uitspraak niet in stand blijven.
De Hoge Raad merkt nog op dat onder omstandigheden op de voet van art. 7:3 lid 1 Wvggz al voorafgaand aan de beslissing over een crisismaatregel gedurende korte tijd verplichte zorg aan de betrokkene kan worden verleend en dit de psychiater in spoedeisende gevallen een mogelijkheid kan bieden de betrokkene in diens fysieke aanwezigheid te onderzoeken.
Volgt vernietiging en terugverwijzing.
zie ook:
HR 30 juni 2024 ECLI:NL:HR:2023:1004 Wvggz. Beroep tegen crisismaatregel (art. 7:1 en 7:6 Wvggz). Mocht psychiater bij onderzoek volstaan met beeldbellen met betrokkene? Zie ook HR 21 april 2023, ECLI:NL:HR:2023:665.
HR 21 april 2024 ECLI:NL:HR:2023:665 Wvggz. Machtiging tot voortzetting crisismaatregel (art. 7:7 Wvggz). Mocht psychiater bij zijn onderzoek volstaan met beeldbellen met betrokkene?
HR 12 juli 2024 ECLI:NL:HR:2024:1075 Wvggz. Zorgmachtiging. art. 6:4 Wvggz. Was medisch onderzoek in fysieke aanwezigheid van betrokkene redelijkerwijs niet mogelijk? Cassatie na terugwijzing (HR 15 september 2023, ECLI:NL:HR:2023:1220).
3.3.2
De hiervoor in 3.3.1 vermelde omstandigheden kunnen het oordeel dat in dit concrete geval een medisch onderzoek in fysieke aanwezigheid van betrokkene redelijkerwijs niet mogelijk was, niet dragen. De hierop gerichte klachten van onderdeel 1 slagen dus. In het bijzonder kan uit deze omstandigheden niet worden afgeleid dat betrokkene thuis was, maar niet opendeed en dus kennelijk weigerde om aan een onderzoek mee te werken. Dat buren betrokkene de avond ervoor hadden gehoord en dat hij in de ochtend nog was gezien, leidt niet tot de conclusie dat betrokkene thuis was op het moment dat de psychiater bij de woning van betrokkene aanbelde. Bij het voorgaande is voorts van belang dat betrokkene ter zitting van 1 november 2023 telefonisch heeft verklaard dat hij de voorafgaande schriftelijke informatie over het bezoek van de psychiater niet heeft ontvangen, dat hij niet op de hoogte was van het geplande bezoek en dat hij in de genoemde periode wisselend bij vrienden verbleef.