Is sprake van een overgang van onderneming?

HR 24 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:792
Voor de vraag of sprake is van een overgang van het bedrijf is beslissend of de identiteit van het bedrijf behouden blijft, wat met name blijkt uit de daadwerkelijke voortzetting of de hervatting van de exploitatie ervan. Bij deze beoordeling moet rekening worden gehouden met alle feitelijke omstandigheden die de betrokken transactie kenmerken. (meer…)
Het gevaar van tegenstrijdige beslissingen brengt mee dat dat in geval van voeging of tussenkomst art. 140 lid 3 Rv eveneens geldt

HR 24 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:791
De strekking van art. 140 Rv brengt mee dat de regeling van art. 140 lid 3 Rv overeenkomstig wordt toegepast indien in eerste aanleg van voeging of tussenkomst sprake is geweest. Deze uitleg strookt met de toepasselijkverklaring (in art. 140 lid 4 Rv) van dit voorschrift in het geval dat op de voet van art. 118 Rv een derde als partij in het geding is opgeroepen. (meer…)
Reikwijdte bewijsvermoeden artikel 1:141 lid 3 BW

HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:637
Het bewijsvermoeden van artikel 1:141 lid 3 BW ziet uitsluitend op de vraag of het aanwezige vermogen al dan niet gefinancierd is uit hetgeen verrekend had moeten worden. Voor de vaststelling van de omvang van het te verrekenen vermogen op de peildatum gelden de gewone regels van stelplicht en bewijslast. Beschrijving van het te verrekenen vermogen hangende procedure terzake afwikkeling niet-uitgevoerd verrekenbeding. Miskenning devolutieve werking appel. (meer…)
Burgerlijke rechter enkel gebonden aan oordeel bestuursrechter over rechtmatigheid besluit en niet aan inhoudelijke overwegingen

HR 17 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:738
Indien de bestuursrechter uitspraak heeft gedaan over een besluit waarvan beroep bij hem openstaat, is de burgerlijke rechter gebonden aan het oordeel van de bestuursrechter over de rechtmatigheid van dat besluit. De burgerlijke rechter is bij de beoordeling van een geschilpunt dat niet de geldigheid van het besluit betreft niet gebonden aan de inhoudelijke overwegingen die ten grondslag liggen aan het oordeel van de bestuursrechter over dat besluit. (meer…)
Schadevergoeding voor ‘te vroege’ onteigening

HR 17 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:757 (X/Eindhoven)
Wanneer niet of niet tijdig een aanvang wordt gemaakt met het werk waarvoor eerder is onteigend, kan de onteigende aanspraak maken op teruglevering of een aanvullende schadeloosstelling. In dit geval had het hof teruglevering afgewezen en de schadeloosstelling op nihil begroot. De Hoge Raad laat dit oordeel in stand. De Hoge Raad beslist dat bij de begroting van de billijke schadeloosstelling alle omstandigheden van het geval in acht moeten worden genomen. De hoogte moet worden gerelateerd aan het onnodige of ontijdige van de onteigening. Bij de begroting valt mede te letten op de vermogenspositie waarin de onteigende zou hebben verkeerd als de onteigening niet of niet voortijdig zou hebben plaatsgevonden. Ook moet rekening worden gehouden met het aspect dat de billijke schadeloosstelling is bedoeld als een prikkel om niet tot een onnodige of ontijdige onteigening over te gaan. Een punitief karakter draagt de billijke schadeloosstelling echter niet. (meer…)
Recente berichten
- Benoemingen advocaten-generaal bij de Hoge Raad
- Geen sprake van herstelexploot bij tijdige, maar later ingetrokken appeldagvaarding
- Cassatievlog #127 | Verbeurd aandeel in gemeenschapsgoed gaat van rechtswege over
- Enkele perikelen bij het aanhaken bij een eerder ingestelde collectieve vordering
- Cassatievlog #126 | Termijnverlenging WAMCA-procedure heeft geen algemene werking
- Wanneer moet een niet-geregistreerd geneesmiddel worden vergoed?
- Cassatievlog #125 | Natrekking, maar geen verrijking
- De positie van een dynamisch incorporatiebeding bij een overgang van onderneming
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (13)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (327)
- Arbeidsrecht (232)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (67)
- Erfrecht (38)
- Europees recht (87)
- Financieel recht (51)
- Goederenrecht (93)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (60)
- Huurrecht (79)
- Huwelijksvermogensrecht (68)
- Insolventierecht (201)
- Intellectuele-eigendomsrecht (116)
- Internationaal privaatrecht (81)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (14)
- Mededingingsrecht (20)
- Ondernemingsrecht (103)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (178)
- Pensioenrecht (23)
- Personen- en familierecht (210)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (27)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (137)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (861)
- Strafrecht (8)
- Verbintenissenrecht (297)
- Vermogensrecht algemeen (86)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (78)
- Wetgeving cassatierechtspraak (13)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (120)