Bij een gedoogplicht bestaat recht op een volledige schadeloosstelling: planschade is geen uitzondering
HR 21 juni 2019, ECLI:NL:HR:2019:996 (eigenaren / TenneT)
Op grond van de Belemmeringenwet Privaatrecht kan een gedoogplicht worden opgelegd voor een werk, zoals in dit geval een hoogspanningslijn. De schade die door de aanleg en instandhouding van dat werk wordt geleden, moet volledig worden vergoed. Die schade omvat ook de schade door waardevermindering van het perceel. De Hoge Raad beslist dat dat niet anders is voor de waardevermindering die is veroorzaakt door de maatregel die het werk planologisch mogelijk heeft gemaakt, in dit geval een rijksinpassingsplan. De rechthebbende hoeft die schade dus niet apart als planschade via de overheid te verhalen, maar kan deze op grond van de BP verhalen. (meer…)
Reikwijdte beperking art. 1:102, tweede volzin, slot, BW
HR 14 juni 2019 ECLI:NL:HR:2019:958
Het slot van de tweede zin van art.1:102 BW (“met dien verstande …”) beperkt niet de toewijsbaarheid van de vordering tegen die echtgenoot, maar slechts de verhaalsmogelijkheden ter zake van die vordering. De rechter is daarom niet gehouden om, ook zonder dat daarom is verzocht, in het dictum die reeds uit de wet voortvloeiende beperking aan de toewijzing van de vordering te verbinden. (meer…)
Wet Bopz: elektronische ondertekening geneeskundige verklaring is toelaatbaar
HR 14 juni 2019 ECLI:NL:HR:2019:957
De geneeskundige verklaring (art. 16 Wet Bopz) moet door de geneesheer-directeur ondertekend worden. Dit kan door middel van een geavanceerde of gekwalificeerde elektronische handtekening. De rechtbank hoeft niet ambtshalve te onderzoeken of een handgeschreven of elektronische handtekening daadwerkelijk door de geneesheer-directeur zelf is gezet. (meer…)
Vernietiging staat open tegen beslissing tot treffen voorlopige voorziening in arbitraal geding ten gronde
HR 12 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:565 (Ecuador / Chevron en Texaco)
Tegen een arbitraal tussenvonnis kan een vordering tot vernietiging alleen worden ingesteld tegelijk met de vordering tot vernietiging van een geheel of gedeeltelijk arbitraal eindvonnis. De wet bevat geen verdere beperking van het aanwenden van het rechtsmiddel van vernietiging. Hieruit kan worden afgeleid dat tegen iedere beslissing in een arbitraal vonnis het rechtsmiddel van vernietiging komt open te staan, dus ook tegen een beslissing tot het treffen van een voorlopige voorziening. (meer…)
Deepwater Horizon: prejudiciële vragen over Erfolgsort
HR 14 juni ECLI:NL:HR:2019:925
De Hoge Raad vraagt het HvJEU of art. 7 lid 2 Brussel I-bis zo moet worden uitgelegd dat het rechtstreeks intreden van zuiver financiële schade op een in Nederland aangehouden beleggingsrekening of een beleggingsrekening van een in Nederland gevestigde bank of beleggingsonderneming, welke schade het gevolg is van beleggingsbeslissingen genomen onder invloed van algemeen verspreide, maar onjuiste, onvolledige en misleidende informatie van een internationale beursgenoteerde onderneming, een voldoende aanknopingspunt oplevert voor internationale bevoegdheid van de Nederlandse rechter uit hoofde van de plaats van het intreden van de schade (Erfolgsort)? Daarnaast stelt de Hoge Raad enkele vragen over de relevantie van de art. 3:305a-actie en de interne relatieve bevoegdheid. (meer…)
Recente berichten
- Cassatievlog #118 | ‘Eerste aflossing’ ex art. 349a lid 1 Fw
- Wat is de ‘eerste aflossing’ in de zin van art. 349a lid 1 Fw?
- De Staat is belanghebbende in een procedure ex art. 1:26 BW tot erkenning van buitenlandse adoptiebeslissing
- Geen gratie na veroordeling voor een verjaard feit
- Man die zijn echtgenote in ontoerekeningsvatbare toestand om het leven brengt, is niet onwaardig om te erven – maar erft toch niet
- De afwijzing van een verzoek om als belanghebbende te worden aangemerkt in de zin van art. 798 lid 1 Rv is een einduitspraak, waarvan hoger beroep of cassatieberoep openstaat
- Rechtsmacht Nederlandse rechter op grond van art. 7 lid 1 Brussel II-ter
- Voor inbezitneming van ‘publieke grond’ geldt geen afzonderlijke maatstaf
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (12)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (326)
- Arbeidsrecht (226)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (67)
- Erfrecht (38)
- Europees recht (86)
- Financieel recht (51)
- Goederenrecht (92)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (59)
- Huurrecht (76)
- Huwelijksvermogensrecht (68)
- Insolventierecht (200)
- Intellectuele-eigendomsrecht (115)
- Internationaal privaatrecht (81)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (14)
- Mededingingsrecht (20)
- Ondernemingsrecht (102)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (177)
- Pensioenrecht (23)
- Personen- en familierecht (210)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (27)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (135)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (847)
- Strafrecht (7)
- Verbintenissenrecht (291)
- Vermogensrecht algemeen (85)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (76)
- Wetgeving cassatierechtspraak (13)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (119)