Burgerlijke rechter enkel gebonden aan oordeel bestuursrechter over rechtmatigheid besluit en niet aan inhoudelijke overwegingen

HR 17 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:738
Indien de bestuursrechter uitspraak heeft gedaan over een besluit waarvan beroep bij hem openstaat, is de burgerlijke rechter gebonden aan het oordeel van de bestuursrechter over de rechtmatigheid van dat besluit. De burgerlijke rechter is bij de beoordeling van een geschilpunt dat niet de geldigheid van het besluit betreft niet gebonden aan de inhoudelijke overwegingen die ten grondslag liggen aan het oordeel van de bestuursrechter over dat besluit. (meer…)
Schadevergoeding voor ‘te vroege’ onteigening

HR 17 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:757 (X/Eindhoven)
Wanneer niet of niet tijdig een aanvang wordt gemaakt met het werk waarvoor eerder is onteigend, kan de onteigende aanspraak maken op teruglevering of een aanvullende schadeloosstelling. In dit geval had het hof teruglevering afgewezen en de schadeloosstelling op nihil begroot. De Hoge Raad laat dit oordeel in stand. De Hoge Raad beslist dat bij de begroting van de billijke schadeloosstelling alle omstandigheden van het geval in acht moeten worden genomen. De hoogte moet worden gerelateerd aan het onnodige of ontijdige van de onteigening. Bij de begroting valt mede te letten op de vermogenspositie waarin de onteigende zou hebben verkeerd als de onteigening niet of niet voortijdig zou hebben plaatsgevonden. Ook moet rekening worden gehouden met het aspect dat de billijke schadeloosstelling is bedoeld als een prikkel om niet tot een onnodige of ontijdige onteigening over te gaan. Een punitief karakter draagt de billijke schadeloosstelling echter niet. (meer…)
De vermogensrechtelijke verhouding tussen informeel samenlevenden

HR 10 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:707
De vermogensrechtelijke verhouding tussen informeel samenlevenden wordt niet bepaald door de regels die in de titels 6-8 van Boek 1 BW voor echtgenoten en geregistreerde partners zijn opgenomen en deze regels lenen zich ook niet voor overeenkomstige toepassing op de verhouding tussen informeel samenlevenden. In een dergelijke verhouding moet aan de hand van het algemene verbintenissenrecht worden beoordeeld of de ene partner een vergoedingsrecht jegens de andere partner geldend kan maken. Een vergoedingsrecht kan (ook) in verband met de bijzondere omstandigheden van het geval voortvloeien uit de in art. 6:2 lid 2 BW bedoelde eisen van redelijkheid en billijkheid. (meer…)
Wederpartij kan niet om aanvulling ex artikel 32 Rv verzoeken

HR 10 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:699
Indien de rechter heeft verzuimd te beslissen over een onderdeel van het gevorderde of het verzochte, kan op grond van artikel 32 lid 1 Rv worden verzocht om aanvulling van het vonnis, arrest of beschikking. Deze mogelijkheid staat uitsluitend ten dienste van de partij die de vordering heeft ingesteld of het verzoek heeft gedaan. Artikel 32 Rv is niet geschreven voor de wederpartij. (meer…)
Vordering betreffende zakelijk recht in de zin van art. 24 lid 1 Brussel-I-bis

HR 10 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:668
Voor toepassing van art. 24, aanhef en onder 1, Verordening Brussel I-bis is niet voldoende dat de vordering verband houdt met een zakelijk recht, maar is vereist dat de vordering is gebaseerd op een zakelijk recht en niet op een persoonlijk recht. (meer…)
Recente berichten
- Niet toelaten van Caribische advocaten als cassatieadvocaat is geen ongerechtvaardigde ongelijke behandeling, maar moet wel worden geregeld
- Kantonrechter bevoegd kennis te nemen van verzoek tot vestiging verzorgingsvruchtgebruik
- Kennisclips hoger beroep #2: Wanneer hoger beroep mogelijk is
- Cassatievlog #130 | Verhouding burgerlijke rechter en bestuursrechter
- Geen grondslag voor Wzd-zorg in Wvggz-accommodatie
- Ambtshalve berekening hoogte transitievergoeding?
- Cassatievlog #129 | Caribische advocaten en de cassatiebalie
- Verbeurd aandeel in verzwegen gemeenschappelijk goed gaat van rechtswege over op de overige deelgenoten
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (13)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (327)
- Arbeidsrecht (235)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (69)
- Erfrecht (39)
- Europees recht (87)
- Financieel recht (52)
- Goederenrecht (94)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (61)
- Huurrecht (79)
- Huwelijksvermogensrecht (68)
- Insolventierecht (202)
- Intellectuele-eigendomsrecht (116)
- Internationaal privaatrecht (81)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (14)
- Mededingingsrecht (20)
- Ondernemingsrecht (103)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (178)
- Pensioenrecht (24)
- Personen- en familierecht (210)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (27)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (137)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (864)
- Strafrecht (8)
- Verbintenissenrecht (298)
- Vermogensrecht algemeen (88)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (78)
- Wetgeving cassatierechtspraak (14)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (121)