Dossier: Proces- en beslagrecht


De lijst van lopende zaken vermeldt weer zes nieuwe zaken waarin prejudiciële vragen aan de Hoge Raad zijn gesteld. De vragen zien op (1) de geldigheid van een beding dat verhaal van een bestuursrechtelijke boete mogelijk maakt, (2) de aansprakelijkheid voor dieren jegens medebezitters, (3) de proceskostenveroordeling na intrekking van een kort geding in een IE-kwestie, (4) de exhibitieplicht in IE-zaken en (5) de forfaitaire verhuiskostenvergoeding bij renovatie van huurwoningen. Verder (6) komt er een sequeel op de prejudiciële procedure over het telefoonabonnement met “gratis” toestel (vgl. CB 2014-133). (meer…)

HR 30 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:3195

Het hof heeft ten onrechte de vordering toegewezen op grond van ongerechtvaardigde verrijking, nu dit leerstuk niet aan de eis ten grondslag was gelegd, maar slechts was genoemd in het kader van de substantiëringsplicht van art. 111 lid 3 Rv. Het hof is daarmee buiten de grenzen van de rechtsstrijd getreden. (meer…)

HR 6 november 2015, ECLI:NL:HR:2015:3237 (Brink / verweerder)

Met zijn oordeel dat eiseres tot cassatie reeds in de memorie van grieven de concrete uitgangspunten van haar verweer tegen de door verweerder gevorderde schade uiteen had moeten zetten, heeft het hof miskend dat verweerder eerst bij memorie van antwoord, tevens memorie van grieven in het incidenteel beroep – bij wijziging van eis – betaling van een concreet schadebedrag heeft gevorderd. (meer…)

HR 30 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:3197

Antwoord op prejudiciële vragen. Ook in geval van rechtsovergang onder algemene titel ingevolge een juridische fusie (art. 2:309 BW) rust op de verkrijgende rechtspersoon de verplichting (ex art. 431a Rv) tot betekening van de overgang van de executiebevoegdheid. Niet-naleving van dit voorschrift leidt niet tot nietigheid van na de rechtsovergang verrichte executiehandelingen, indien deze overgang schriftelijk of elektronisch is meegedeeld aan de geëxecuteerde, met afschrift aan de betrokken deurwaarder, tenzij de geëxecuteerde door de niet-naleving onredelijk in zijn door art. 431a Rv beschermde belangen is geschaad. (meer…)

HR 9 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:3009 

Indien bewijs wordt aangeboden door het horen van getuigen die nog niet eerder zijn gehoord, kan niet de eis worden gesteld dat de partij toelicht in welk opzicht de verklaringen van deze getuigen afbreuk zouden kunnen doen aan eerder afgelegde verklaringen van andere getuigen. Dat de getuigen niet rechtstreeks bij de onderhandelingen over de overeenkomst zijn betrokken, leidt niet zonder meer tot de conclusie dat het bewijsaanbod niet ter zake dienend is. Dat wordt niet anders indien niet wordt aangeboden een eerder gehoorde getuige, waarvan wordt gesteld dat deze leugenachtig heeft verklaard, opnieuw te doen horen. (meer…)

HR 2 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:2905

Met het instellen van beroep tegen het deel van de deeluitspraak dat als een tussenuitspraak is aan te merken, mag worden gewacht tot op het desbetreffende gedeelte van het gevorderde einduitspraak is gedaan.

(meer…)

Cassatieblog.nl