
Schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid kan ook berusten op posterieure feiten en omstandigheden
HR 24 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1119 (Eisers/Gemeente Dronten)
De schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid kan ook berusten op feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan na de totstandkoming van de betrokken rechtshandeling (vgl. HR 12 januari 2001, ECLI:NL:2001:AA9429, NJ 2001/157 (Kuijpers/Wijnveen)). Lees meer…
Vordering tot zekerheidstelling moet direct bij het instellen daarvan worden toegelicht
HR 24 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1140
Een incidentele vordering moet worden toegelicht bij het instellen daarvan. De mogelijkheid van een reactie op de conclusie van de Advocaat-Generaal biedt geen gelegenheid voor een (nadere) toelichting. Voorwaarde voor toewijzing van een vordering tot zekerheidstelling is dat het belang van degene die daarom vraagt zwaarder weegt dan het belang van de wederpartij bij het achterwege blijven ervan (vgl. HR 30 mei 2008, ECLI:NL:HR:2008:BC5012 (Newbay / Staat)). Lees meer…
Verlof tot tenuitvoerlegging van een Russisch arbitraal vonnis; rechtsmacht en weigeringsgronden
HR 17 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1077 (NRSL/Kompas)
(1) De Nederlandse rechter is steeds bevoegd om kennis te nemen van een verzoek om verlof tot tenuitvoerlegging in Nederland van een in het buitenland verkregen arbitraal vonnis. Dit oordeel behoeft (dus) geen motivering. (2) Verjaring of verval van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van een arbitraal vonnis in het land waarin dat vonnis gewezen is, is geen grond voor weigering ex art. 1076 Rv en brengt niet mee dat erkenning of tenuitvoerlegging daarvan strijdig is met de openbare orde. Lees meer…
Vijf nieuwe raadsheren in de Hoge Raad
In de Hoge Raad worden vijf nieuwe raadsheren benoemd: mevrouw mr. A.L.J. van Strien, mevrouw mr. E.F. Faase, de heer prof. mr. M.J. Borgers, mevrouw mr. M.E. van Hilten en de heer prof. mr. C.E. du Perron. Laatstgenoemde treedt toe tot de Civiele Kamer. Lees meer…
Prospectusplicht niet van toepassing op executoriale verkoop van effecten
HR 24 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1114 (Almer Beheer c.s./Van den Dungen Vastgoed c.s.)
Na beantwoording van prejudiciële vragen door het Europese Hof van Justitie oordeelt de Hoge Raad dat de in art. 5:2 Wft omschreven prospectusplicht niet van toepassing is op de executoriale verkoop van in beslag genomen certificaten van aandelen op de voet van art. 474g Rv. Lees meer…
Processtukken mogen worden ingediend per fax
HR 17 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1078.
Stukken die door middel van faxapparatuur vóór 24.00 uur van de laatste dag van een lopende termijn ter griffie zijn ontvangen, gelden als binnen de termijn ingediend. Andersluidende bepalingen in procesreglementen zijn onverbindend; de in art. 33 lid 1 Rv neergelegde beperking van het elektronisch verkeer tot gevallen waarin daarin is voorzien in een voor dat gerecht vastgesteld procesreglement, geldt niet voor faxverkeer. Lees meer…
Over tomaten en non-conformiteit onder het Weens Koopverdrag; wanneer trad het gebrek in?
HR 17 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1076 (Eiseres/Primar S.A.R.L.)
Ingevolge het Weens Koopverdrag is de verkoper aansprakelijk indien de zaken niet aan de overeenkomst beantwoorden op het moment dat het risico op de koper overgaat. Het hof is ten onrechte voorbijgegaan aan de essentiële stelling van eiseres over de gebrekkigheid van de zaken bij levering en heeft het bewijsoordeel van de rechtbank miskend. Lees meer…
Ambtshalve akte niet-dienen op grond van pilotreglement is onredelijke sanctie
HR 17 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1075 (Curatoren Midreth/Black Box)
De sanctie op het niet in acht nemen van termijnen uit het onderhavige pilotreglement dient, zeker nu de toegang tot de (appel)rechter in het geding is, in redelijke verhouding te staan tot het verzuim. Nu op grond van het toepasselijke pilotreglement één termijn voor het indienen van memories geldt, die niet wordt verlengd, terwijl bij overschrijding van die termijn, zonder peremptoirstelling of voorafgaande waarschuwing, ambtshalve akte niet-dienen wordt verleend, dient een belangenafweging plaats te vinden, die in een geval als het onderhavige zonder meer dient te leiden tot het verlenen van een (korte) termijn van veertien dagen om het verzuim te herstellen. Lees meer…
Nieuwe handvatten bij de beoordeling van opheffing conservatoir beslag
HR 17 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:1074
(1) Voor zover bij de beoordeling of een beslag moet worden opgeheven, de aannemelijkheid van de gestelde vordering ter zake waarvan het beslag is gelegd, wordt meegewogen, is de rechter niet gebonden aan de grondslagen voor die vordering die in het beslagrekest zijn vermeld. (2) Het enkele feit dat het beslag in de loop van het geding door de beslaglegger wordt opgeheven, of het feit dat de vordering in de bodemprocedure is afgewezen en hiertegen een rechtsmiddel is ingesteld, rechtvaardigt niet het oordeel dat summierlijk is gebleken van de ondeugdelijkheid van de vordering waarvoor het beslag is gelegd. Lees meer…
Rechterlijke goedkeuring van afwijkend huurbeding kan ook na vernietiging worden verkregen
HR 3 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:823 (Eiser / Centre Hotel)
Rechterlijke goedkeuring voor een van de wettelijke huurrechtbepalingen afwijkend beding (art. 7:291 BW) kan ook nog worden verkregen nadat het beding (in of buiten rechte) is vernietigd. Door goedkeuring wordt het vernietigde beding alsnog rechtsgeldig. De maatstaf ter goedkeuring waarborgt de rechtsbescherming van de huurder, aangezien goedkeuring slechts wordt verleend als het afwijkend beding diens rechten niet wezenlijk aantast, of de huurder – gelet op diens maatschappelijke positie – deze rechtsbescherming in redelijkheid niet behoeft. Lees meer…