Minister heeft in redelijkheid tot algemeenverbindendverklaring van de cao’s kunnen komen
HR 9 april 2021, ECLI:NL:HR:2021:537
De minister kan bepalingen van een cao die gelden voor een, naar zijn oordeel belangrijke, meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame personen algemeen verbindend verklaren. De Hoge Raad overweegt dat de minister een ruime mate van beleids- en beoordelingsvrijheid toekomt bij de beantwoording van de vraag welke bronnen aan de gegevensverstrekking voor de vaststelling van de representativiteit ten grondslag gelegd mogen worden. Lees meer…
Booking.com bemiddelt bij de totstandkoming van reisovereenkomsten
HR 9 april 2021, ECLI:NL:HR:2021:527
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat Booking.com bemiddelt bij de totstandkoming van overeenkomsten op het gebied van reizen. Dat betekent dat Booking.com mogelijk verplicht moet deelnemen aan het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Reisbranche.
Lees meer…
Verzoek om toelating tot schuldsaneringsregeling mogelijk in verzetprocedure
HR 26 maart 2021, ECLI:NL:HR:2021:460
De regel dat alleen om toelating tot de schuldsaneringsregeling mag worden verzocht zolang het faillissement nog niet is uitgesproken, geldt niet in de verzetprocedure. Lees meer…
Jaarverslag van de Hoge Raad over 2020
Het jaarverslag van de Hoge Raad over 2020 is gepubliceerd. In de algemene inleiding op het jaar verslag memoreert de Hoge Raad dat als gevolg van de gezondheidscrisis de rechtspraak in 2020 met nieuwe dringende vragen werd geconfronteerd, een duidelijke illustratie van de vitale functie die de rechtspraak in de samenleving heeft. Die zaken zijn met voorrang behandeld om de rechtspraktijk zo spoedig mogelijk duidelijkheid te bieden. Het jaarverslag bevat onder meer een samenvatting van de uitspraken van de Hoge Raad die verband houden met de coronamaatregelen. Ook worden in het jaarverslag per rechtsgebied uitspraken uit 2020 besproken die belangrijk zijn geweest voor de rechtseenheid, rechtsontwikkeling en/of rechtsbescherming of die anderszins maatschappelijk relevant zijn. Lees meer…
De Wvggz en de strafrechter
HR 9 april 2021 ECLI:NL:HR:2021:534
Indien de rechter ambtshalve toepassing van art. 2.3 lid 1 van de Wet forensische zorg (Wfz) overweegt, dient hij op grond van art. 5:19 lid 2 Wvggz de officier van justitie te verzoeken een zorgmachtiging voor te bereiden. De officier van justitie dient aan een dergelijk verzoek gehoor te geven teneinde de rechter in staat te stellen te beoordelen of aan de criteria voor het afgeven van een zorgmachtiging wordt voldaan. Lees meer…
Niet-tijdig beslissen leidt niet automatisch tot aansprakelijkheid, ook niet in geval van een inspanningsverplichting
HR 5 maart 2021, ECLI:NL:HR:2021:339 (eiseres/Venray)
In een overeenkomst tussen een gemeente en een ontwikkelaar stond een inspanningsverplichting voor de gemeente om binnen de wettelijke beslistermijnen een bouwvergunning af te handelen. Op grond van onrechtmatige daad is een overheid niet zonder meer aansprakelijk voor schade die voortvloeit uit een overschrijding van die termijnen: daarvoor zijn bijkomende omstandigheden nodig. Het hof kwam bij de uitleg van de overeenkomst tot de slotsom dat niet was beoogd dat de gemeente een verdergaande aansprakelijkheid op zich zou nemen dan die op grond van een onrechtmatige daad. Omdat het hof de in dat geval vereiste bijzondere omstandigheden niet aanwezig achtte, werd de vordering van de ontwikkelaar afgewezen. De Hoge Raad laat de uitleg van de overeenkomst in stand, en daarmee ook de afwijzing van de door de ontwikkelaar gevorderde schadevergoeding. Lees meer…
Kansschade kan ook worden toegewezen als de mogelijkheid op een beter resultaat afhankelijk was van het eigen gedrag van de benadeelde
HR 26 maart 2021, ECLI:NL:HR:2021:461
Het is ook mogelijk kansschade vast te stellen indien het van het gedrag van de benadeelde partij afhankelijk was geweest of de kans op een beter resultaat zich zou hebben verwezenlijkt in de hypothetische situatie waarin de aansprakelijke partij haar die kans niet zou hebben onthouden. Lees meer…
Welke eisen gelden bij vordering tot naleving van cao door werknemersorganisatie?
HR 19 maart 2021, ECLI:NL:HR:2021:413
Kan toewijzing van een vordering van een werknemersorganisatie (zoals FNV) jegens een werknemer tot nakoming van cao-verplichtingen alleen betrekking hebben op werknemers die daarop aanspraak kunnen en willen maken? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag in dit arrest. Lees meer…
Processuele verwikkelingen (devolutieve werking en tegenbewijs) in een merkenrechtelijke zaak
HR 19 maart 2021 ECLI:NL:HR:2021:417
De partij die (alleen) in eerste aanleg een bewijsaanbod doet, moet, als zij de stellingen van de wederpartij voldoende heeft betwist, gelet op de devolutieve werking in hoger beroep worden toegelaten tot het leveren van tegenbewijs. De merkenrechtelijke component van deze zaak ziet (onder andere) op de uitputting van een Uniemerk, specifiek in het kader van gesloten licentieovereenkomsten. Lees meer…
Cassatieberoep tegen de benoeming van een waarnemend notaris
HR 19 maart 2021, ECLI:NL:HR:2021:423
Een waargenomen notaris kan voor zijn beroep tegen een benoeming van een waarnemer terecht bij de Hoge Raad als civiele rechter, maar niet als bestuursrechter. De waargenomen notaris moet worden gehoord over een benoeming voor langer dan een jaar, maar dat heeft het hof niet miskend. Lees meer…