Cassatievlog #085 | Moet ook een werkgever de arbeidsovereenkomst duidelijk en ondubbelzinnig opzeggen?

HR 26 januari 2024 ECLI:NL:HR:2024:111
De Hoge Raad heeft een arrest gewezen over de maatstaf voor de opzegging van een arbeidsovereenkomst door de werkgever. Jerre de Jong bespreekt in 3 minuten dit arrest.
Cassatievlog #085 is ook als podcast beschikbaar.
Handhaven van vernietigbaar octrooi leidt niet automatisch tot ongerechtvaardigde verrijking

HR 23 november 2023, ECLI:NL:HR:2023:1513 (Menzis/AstraZeneca)
De omstandigheid dat een partij niet onrechtmatig heeft gehandeld, brengt niet zonder meer mee dat de verrijking als gevolg van dat handelen gerechtvaardigd is. Handhaving van een later vernietigd octrooi brengt echter nog niet zonder meer mee dat de daardoor opgetreden verrijking van de octrooihouder ongerechtvaardigd is. (meer…)
Een ‘8 EVRM-verweer’ vereist gedetailleerd rechterlijk onderzoek

HR 12 januari 2024, ECLI:NL:HR:2024:25 (Woonwagenbewoner/Gemeente Haarlem)
De ontruiming van een woning – of, zoals hier, een woonwagenstandplaats – vormt een (soms te rechtvaardigen) inmenging op het recht op eerbiediging van de woning (art. 8 EVRM). Wanneer dit grondrecht als verweer opgeworpen wordt, moet de rechter dat verweer gedetailleerd onderzoeken en zijn beslissing daaromtrent afdoende motiveren. (meer…)
Veroordeling tot betaling van griffierecht in incidenteel hoger beroep?

HR 22 december 2023, ECLI:NL:HR:2023:1810
Het instellen van incidenteel hoger beroep is een processuele handeling waarvoor geen griffierecht is verschuldigd. Dat brengt echter niet mee dat de gevolgen van deze processuele handeling voor het griffierecht dat partijen in de zaak verschuldigd zijn, niet in het incidentele beroep voor rekening van de geïntimeerde kunnen worden gebracht. (meer…)
De verjaringstermijn van renteswapvorderingen en de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid bij schikkingsbepalingen

HR 12 januari 2024, ECLI:NL:HR:2024:19
De aanvang van de korte verjaringstermijn van art. 3:310 lid 1 BW vereist daadwerkelijke bekendheid met de schade en de aansprakelijke persoon. Bij de beoordeling of de benadeelde daadwerkelijk bekend was met het tekortschietend of foutief handelen van de aansprakelijke persoon dient de rechter te betrekken of de benadeelde over de kennis en het inzicht beschikte om de deugdelijkheid van het handelen te kunnen beoordelen. (meer…)
Recente berichten
- Benoemingen advocaten-generaal bij de Hoge Raad
- Geen sprake van herstelexploot bij tijdige, maar later ingetrokken appeldagvaarding
- Cassatievlog #127 | Verbeurd aandeel in gemeenschapsgoed gaat van rechtswege over
- Enkele perikelen bij het aanhaken bij een eerder ingestelde collectieve vordering
- Cassatievlog #126 | Termijnverlenging WAMCA-procedure heeft geen algemene werking
- Wanneer moet een niet-geregistreerd geneesmiddel worden vergoed?
- Cassatievlog #125 | Natrekking, maar geen verrijking
- De positie van een dynamisch incorporatiebeding bij een overgang van onderneming
Dossiers
- Aanbestedingsrecht (13)
- Aansprakelijkheid en schadevergoeding (327)
- Arbeidsrecht (232)
- Bijzondere overeenkomsten (47)
- Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES) (67)
- Erfrecht (38)
- Europees recht (87)
- Financieel recht (51)
- Goederenrecht (93)
- Grondrechten en mensenrechten (63)
- Hoge Raad Algemeen (60)
- Huurrecht (79)
- Huwelijksvermogensrecht (68)
- Insolventierecht (201)
- Intellectuele-eigendomsrecht (116)
- Internationaal privaatrecht (81)
- Internationaal publiekrecht (25)
- Kooprecht (14)
- Mededingingsrecht (20)
- Ondernemingsrecht (103)
- Onteigeningsrecht (71)
- Overheidsrecht (178)
- Pensioenrecht (23)
- Personen- en familierecht (210)
- Prejudiciële uitspraken HvJEU (27)
- Prejudiciële vragen Hoge Raad (137)
- Privacy -AVG (4)
- Proces- en beslagrecht (861)
- Strafrecht (8)
- Verbintenissenrecht (297)
- Vermogensrecht algemeen (86)
- Vervoersrecht (26)
- Verzekeringsrecht (78)
- Wetgeving cassatierechtspraak (13)
- Wvggz – Wzd (Wet Bopz oud) (120)