Alle berichten van: Hidde Volberda


Hoge Raad 21 februari 2025  ECLI:NL:HR:2025:319

In zijn Deliveroo-arrest heeft de Hoge Raad negen omstandigheden gegeven die van belang kunnen zijn bij de beantwoording van de vraag of een overeenkomst moet worden aangemerkt als een arbeidsovereenkomst. Het hof heeft in deze zaak tussen FNV en Uber prejudiciële vragen gesteld over het belang van de omstandigheid ‘ondernemerschap’ binnen dit toetsingskader. Hoe beantwoordt de Hoge Raad de eerste prejudiciële vraag? Dat bespreekt Hidde Volberda in dit vlog.

HR 29 november 2024, ECLI:NL:HR:2024:1774

De minister kon een gratieverzoek weigeren van een veroordeelde in wiens zaak de Hoge Raad na een koerswijziging niet ambtshalve had getoetst of het strafbare feit ten tijde van het hofarrest was verjaard, terwijl het cassatieberoep al voor die koerswijziging aanhangig was. De motivering van de minister dat toewijzing van het gratieverzoek een bewuste keuze van de Hoge Raad zou doorkruisen was toereikend. (meer…)

Hoge Raad 6 december 2024, ECLI:NL:HR:2024:1797

Een man heeft zijn vrouw opzettelijk om het leven gebracht, maar is daarvoor ontoerekeningsvatbaar verklaard. Kan hij in dat geval van haar erven? De Hoge Raad beantwoordt die vraag ontkennend. Hoewel de man niet van rechtswege onwaardig is om te erven (art. 4:3 BW), staan de redelijkheid en billijkheid (art. 6:2 lid 2 BW) er in dit geval aan in de weg dat hij aanspraak maakt op de nalatenschap van de vrouw. Hidde Volberda bespreekt het arrest.

Cassatievlog #117 is ook in podcast vorm beschikbaar. Beluister hier de podcast of via uw favoriete podcastkanaal.

HR 25 oktober 2024, ECLI:NL:HR:2024:1536

Het Gemeenschappelijk Hof heeft een tussenbeschikking van het Gerecht bevestigd. Deze beschikking van het Gemeenschappelijk Hof is zelf ook een tussenbeschikking. Het cassatieberoep tegen deze tussenbeschikking is niet-ontvankelijk. Voor ontvankelijkheid is niet voldoende dat het Hof vergunning had verleend om hoger beroep in te stellen van de beschikking van het Gerecht. (meer…)

HR 8 november 2024, ECLI:NL:HR:2024:1605

Van een partij die aanbiedt haar stellingen te bewijzen door middel van getuigen, kan niet gevergd worden dat zij, wil zij tot dit bewijs worden toegelaten, op voorhand haar stellingen aannemelijk maakt en hetgeen de wederpartij daartegen aanvoert, ontzenuwt. (meer…)

Cassatieblog.nl