

Wvggz; voortzetting crisismaatregel en wilsbekwaam verzet
Hoge Raad 8 december 2023 ECLI:NL:HR:2023:1724
Het stond de rechtbank niet vrij de verzochte machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel te verlenen zonder een verklaring te vragen van een onafhankelijk arts of klinisch psycholoog waaruit blijkt of betrokkene tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake in staat is. Dit wordt niet anders doordat de rechtbank binnen drie dagen diende te beslissen op het verzoek. Lees meer…

Cassatievlog #080 | Het moment van verdeling en waardering van gemeenschapsgoederen
HR 8 december 2023 ECLI:NL:HR:2023:1722
De Hoge Raad heeft uitspraak gedaan over de datum van verdeling van gemeenschapsgoederen en het peilmoment voor de waardering. Wat was er aan de hand? In drie minuten bespreekt Jerre de Jong dit arrest.
Cassatievlog #080 is ook als podcast beschikbaar.

Wvggz; beslissing op grond van art. 8:9 Wvggz behoudt rechtskracht onder opvolgende zorgmachtiging
HR 8 december 2023 ECLI:NL:HR:2023:1732
In een situatie waarin de verlening van een vorm van verplichte zorg is aangevangen op grond van een eerdere zorgmachtiging en na een aansluitende zorgmachtiging ononderbroken en ongewijzigd wordt voortgezet, brengt een redelijke uitleg van art. 8:9 Wvggz mee dat een nieuwe beslissing op de voet van die bepaling achterwege kan blijven. Lees meer…

Factoren gevaarzetting vereisen kenbare toetsing
HR 1 december 2023, ECLI:NL:HR:2023:1674
De Hoge Raad heeft in de arresten Kelderluik en Dijkdoorbraak Wilnis factoren gegeven voor de beoordeling van gevaarzetting en opstalaansprakelijkheid. De Hoge Raad overweegt in deze zaak dat de rechter kenbaar moet toetsen aan die factoren. Deze zaak biedt een voorbeeld waarin het hof dat onvoldoende had gedaan. Lees meer…

Vergoedingsrechten tussen informeel samenlevenden
HR 17 november 2023, ECLI:NL:HR:2023:1571
De wet kent geen specifieke regeling voor vergoedingsrechten van informeel samenlevenden in verband met vermogensverschuivingen tussen de vermogens van de informeel samenlevenden. In de situatie waarin informeel samenlevenden ongelijk hebben bijgedragen aan de financiering van een gemeenschappelijk goed, bijvoorbeeld wanneer één van de partners uit zijn eigen vermogen een woning heeft gefinancierd die hen gezamenlijk is gaan toebehoren, zal aan de hand van het algemene vermogensrecht beoordeeld moeten worden of een vergoedingsrecht geldend gemaakt kan worden. Lees meer…

Motiveringsplicht bij terugkomen van voorlopig bewijsoordeel
HR 1 september 2023, ECLI:NL:HR:2023:1146 (Sint Maarten Ports Development/Harbour Side Properties & Ballerina)
Wanneer een rechter een bewijsvermoeden aanneemt, kan hij daarvan later terugkomen omdat voldoende tegenbewijs geleverd is. Dat staat er niet aan in de weg dat hij uiteindelijk alsnog oordeelt dat het benodigde bewijs geleverd is. Het ging immers slechts om een vermoeden, dat door tegenbewijs ‘ontzenuwd’ werd. Maar wanneer dat tegenbewijs relevant, specifiek en voldoende onderbouwd is, moet de rechter dat kenbaar betrekken bij zijn uiteindelijke oordeel dat het benodigde bewijs tóch geleverd is. Dat oordeelt de Hoge Raad in dit arrest. Lees meer…

Cassatievlog #079 | Inzage in gegevens bij medische aansprakelijkheidsclaims
Hoge Raad 1 december 2023, ECLI:NL:HR:2023:1670 & ECLI:NL:HR:2023:1682
Ruben de Graaff bespreekt twee uitspraken van de Hoge Raad die relevant zijn voor de afwikkeling van medische aansprakelijkheidsclaims. De uitspraken gaan over de vraag wie welke gegevens mag raadplegen en onder welke voorwaarden. Heeft de patiënt recht op inzage in het advies van de medisch adviseur aan het ziekenhuis? Mag de jurist van het ziekenhuis het medisch dossier van de patiënt inzien?
Cassatievlog #079 is ook als podcast beschikbaar.

De wettelijke verzettermijn geldt ook als ten onrechte niet is getoetst of sprake is van oneerlijk beding
Cassatieblog HR 24 november 2023, ECLI:NL:HR:2023:1627
Dat een rechter in een verstekvonnis ten onrechte nalaat bedingen (kenbaar) op oneerlijkheid te toetsen, zoals bedoeld in de Richtlijn oneerlijke bedingen, brengt niet mee dat een andere dan de wettelijke verzettermijn geldt. Dat een dergelijk verstekvonnis onherroepelijk wordt is niet strijdig met het Unierecht, want dat staat toe dat redelijke beroepstermijnen worden gehanteerd in het belang van de rechtszekerheid. Lees meer…

Cassatievlog #078 | Deliveroo verplicht tot deelname in bedrijfstakpensioenfonds
HR 21 november 2023 ECLI:NL:HR:2023:1622
Dit arrest gaat over de vraag of Deliveroo verplicht was om deel te nemen in het bedrijfstakpensioenfonds voor het beroepsvervoer over de weg. Hidde Volberda bespreekt in 3 minuten het arrest van de Hoge Raad in deze zaak.
Cassatievlog #078 is ook als podcast beschikbaar.

Artikel 35 lid 2 UAVG en ontvankelijkheid in kort geding
HR 15 september 2023, ECLI:NL:HR:2023:1216 (cassatie in belang der wet)
(i) De AVG biedt ruimte voor een herhaald verzoek op grond van art. 15 t/m 22 AVG. Zo’n herhaald verzoek is niet al kennelijk ongegrond of buitensporig wanneer daar geen nieuwe feiten of omstandigheden aan ten grondslag zijn gelegd.
(ii) Een betrokkene die daarbij spoedeisend belang heeft kan vóór of tijdens de verzoekschriftprocedure van art. 35 UAVG een voorlopige voorziening vragen, ook bij een herhaald verzoek. Voor de onderbouwing van de spoedeisendheid gelden dan geen andere of hogere eisen dan normaal in kort geding.