Selecteer een pagina
Vervallenverklaring schriftelijke aanwijzing ex art. 1:259 BW en procesbelang

Vervallenverklaring schriftelijke aanwijzing ex art. 1:259 BW en procesbelang

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV9538 (X c.s./Stichting Bureau Jeugdzorg Friesland)

Ouders die vervallenverklaring verzoeken van een schriftelijke, maar inmiddels door de gezinsvoogdijinstelling ingetrokken aanwijzing ex art. 1:259 BW, behouden belang bij een rechterlijke toetsing, indien de voortgezette vervulling van een aan de verblijfstitel van één van de ouders verbonden voorwaarde mede afhankelijk is van een oordeel over de rechtmatigheid van de schriftelijke aanwijzing. Lees meer…

Zelfstandig hulpverlener heeft in beginsel recht op afgifte kopieën patiëntendossiers

Zelfstandig hulpverlener heeft in beginsel recht op afgifte kopieën patiëntendossiers

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV8508 (Velthuis Kliniek/X)

Art. 7:454 BW legt op iedere hulpverlener de verplichting om een dossier in te richten en te bewaren. Op grond van art. 7:456 BW dient de hulpverlener aan de patiënt desgevraagd zo spoedig mogelijk inzage in of afschrift van het dossier te verstrekken. Uit deze bepalingen vloeit voort dat iedere hulpverlener dient te beschikken over de dossiers van patiënten voor zover deze door hem als hulpverlener zijn behandeld, hetgeen meebrengt dat hij in zoverre (in beginsel) recht heeft op in ieder geval een kopie van die dossiers. Lees meer…

Samenloop beschermingsbewind en schuldsaneringsregeling

Samenloop beschermingsbewind en schuldsaneringsregeling

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV4010 en ECLI:NL:HR:2012:BV4021 (Cassatie in het belang der wet)

Het indienen van een schuldsaneringsverzoek behoort niet tot de in art. 1:441 lid 1 BW bedoelde taak van de beschermingsbewindvoerder, zodat die de schuldenaar niet in rechte vertegenwoordigt bij de indiening van dat verzoek. De schuldenaar over wiens goederen bewind is ingesteld is (dus) zelfstandig bevoegd om een schuldsaneringsverzoek in te dienen.  Wel vormen het bewind en de houding van de beschermingsbewindvoerder met betrekking tot het verzoek relevante omstandigheden die de rechter bij zijn beslissing op het verzoek in aanmerking dient te nemen, zodat eventueel oproeping van de bewindvoerder moet plaatsvinden. Hetzelfde geldt bij de behandeling van een rechtsmiddel tegen een beslissing tot tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling op de voet van art. 350 FwLees meer…

Beschermingsomvang octrooi

Beschermingsomvang octrooi

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV3680 (AGA/Occlutech)

Art. 69 van het Europees Octrooiverdrag (EOV) houdt in dat de beschermingsomvang van een octrooi wordt bepaald door de conclusies van het octrooischrift, waarbij de beschrijving en de tekeningen dienen tot uitleg van die conclusies. Het bijbehorende uitlegprotocol bepaalt hoe art. 69 EOV begrepen moet worden en daarmee hoe octrooien uitgelegd dienen te worden. In hoeverre de verschillende gezichtspunten uit het arrest Ciba Geigy/Oté Optics (NJ 1995, 391) bij de uitleg van octrooien in aanmerking moeten worden genomen, wordt bepaald door factoren als de aard van het octrooi en de beschrijving van de uitvinding, alsmede door het partijdebat. De betekenis van het verleningsdossier (ten behoeve van anderen dan de octrooihouder) is niet beperkt tot materie die de octrooihouder eerder niet had geclaimd of waarvan deze afstand heeft gedaan.  Lees meer…

Vader is geen belanghebbende bij vaststelling nationaliteit kind

Vader is geen belanghebbende bij vaststelling nationaliteit kind

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV9961

De vaststelling van het Nederlanderschap van een uit een huwelijk geboren kind treft de vader niet zodanig in een eigen belang dat hij in de procedure tot vaststelling van het Nederlanderschap van het kind, ter bescherming van dat belang behoort te mogen opkomen. De vader is in deze procedure dus geen belanghebbende in de zin van art. 261 e.v. Rv. Lees meer…

Advisering door luchtverkeersleiding niet gedekt door formele rechtskracht van daarop gebaseerde besluiten

Advisering door luchtverkeersleiding niet gedekt door formele rechtskracht van daarop gebaseerde besluiten

HR 25 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BU9920 (LVNL/Chips(h)ol III)

De handelingen van Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL), verricht in het kader van haar wettelijke taak tot advisering omtrent de luchtverkeersveiligheid, vallen niet onder de reikwijdte van de formele rechtskracht van de op die advisering gebaseerde besluiten. Gelet op de zelfstandige, onafhankelijke adviserende en informatieverstrekkende rol van LVNL wijkt deze situatie wezenlijk af van het Gemeente Valkenswaard-arrest, waarin het ging om het verstrekken van (later onjuist gebleken) inlichtingen die zozeer samenhangen met het beoogde besluit, dat zij daarvan een onzelfstandig karakter dragen en daardoor in beginsel worden “gedekt” door de formele rechtskracht van dat besluit. Lees meer…

Gemiddelde doorlooptijd cassatiezaken in 2011 afgenomen

Gemiddelde doorlooptijd cassatiezaken in 2011 afgenomen

In 2011 is de gemiddelde doorlooptijd van de behandeling van cassatiezaken in alle drie sectoren (civiel, straf, belasting) afgenomen. In civiele dagvaardingszaken was de gemiddelde doorlooptijd 501 dagen (in 2010 nog 547 dagen); in rekestzaken – net als in 2010 – 319 dagen. In 55% van de behandelde zaken is het cassatieberoep volledig op de voet van art. 81 RO afgedaan en in 19% volgde vernietiging van de bestreden uitspraak. Dat blijkt uit het Jaarverslag 2011 dat de Hoge Raad heeft gepubliceerd. Lees meer…

Conclusie A-G: ook compensatie bij vertraagde vluchten

Conclusie A-G: ook compensatie bij vertraagde vluchten

Conclusies A-G 11 mei 2012 (ECLI:NL:PHR:2012:BW5514; ECLI:NL:PHR:2012:BW5515; ECLI:NL:PHR:2012:BW5516; ECLI:NL:PHR:2012:BW5517; ECLI:NL:PHR:2012:BW5518; ECLI:NL:PHR:2012:BW5520; ECLI:NL:PHR:2012:BW5521; ECLI:NL:PHR:2012:BW5525)

Passagiers hebben bij langdurige vertraging van hun vlucht recht op compensatie op basis van EG-Verordening 261/2004. Dit concludeert A-G Vlas op grond van het Sturgeon-arrest, dat volgens de A-G nog steeds het geldende recht weergeeft. Volgens de A-G is het Sturgeon-arrest niet in strijd met het (eerder gewezen) IATA-arrest en evenmin met het Verdrag van Montreal. Voor prejudiciële vragen aan het Europese Hof ziet de A-G geen aanleiding. Lees meer…

Conclusie A-G: prejudiciële vragen over thuiskopieën uit illegale bron

Conclusie A-G: prejudiciële vragen over thuiskopieën uit illegale bron

Conclusie P-G 11 mei 2012, ECLI:NL:PHR:2012:B5879 (ACI/Stichting De Thuiskopie)

Volgens A-G Huydecoper valt ook het maken van privékopieën van “illegaal” gekopieerd/gedownload materiaal onder de thuiskopieregeling van de Auteurswet. De A-G stelt voor aan het Hof van Justitie van de EU te vragen of dat verenigbaar is met de Auteursrechtrichtlijn en zo nee, of bij de bepaling van de hoogte van de thuiskopievergoeding dan tóch met kopiëren van “illegaal” materiaal rekening mag worden gehouden. Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl