Selecteer een pagina
Geen benoeming arbiters als zonder meer duidelijk is dat arbitrageovereenkomst ontbreekt

Geen benoeming arbiters als zonder meer duidelijk is dat arbitrageovereenkomst ontbreekt

HR 21 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ8777

De rechter kan een verzoek tot benoeming van arbiters (art. 1027 lid 3 Rv) afwijzen als direct en zonder nader onderzoek kan worden vastgesteld dat een overeenkomst tot arbitrage ontbreekt. Als de rechter het verzoek tot benoeming van arbiters afwijst, is het rechtsmiddelenverbod van art. 1070 Rv niet van toepassing. Lees meer…

Voeging als benadeelde partij in Belgische strafzaak geldt als eis in hoofdzaak

Voeging als benadeelde partij in Belgische strafzaak geldt als eis in hoofdzaak

HR 21 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ8780

Na het leggen van conservatoir beslag moet, op straffe van verval van het beslag, binnen een door de voorzieningenrechter te bepalen termijn van ten minste acht dagen een eis in de hoofdzaak worden ingesteld (art. 700 lid 3 Rv). Als eis in de hoofdzaak kan ook worden aangemerkt de voeging als benadeelde in een Belgische strafzaak. Lees meer…

Alleen bescherming tegen beschikkingsonbevoegdheid verkoper nagenoeg nieuwe auto na onderzoek autopapieren

Alleen bescherming tegen beschikkingsonbevoegdheid verkoper nagenoeg nieuwe auto na onderzoek autopapieren

HR 21 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BR3057 (DFM/Mobiel Lease)

Ook wanneer een nagenoeg nieuwe auto wordt verkregen van een merkdealer, wordt de koper slechts beschermd tegen beschikkingsonbevoegdheid van de verkoper op grond van artikel 3:86 lid 1 en 2 BW, indien deze de autopapieren, waaronder kentekenbewijs deel II, heeft onderzocht. Daaraan doet niet af dat kentekenbewijs deel IB op naam stond van verkoper en dat de RDW, op verzoek van koper, heeft bevestigd dat verkoper eigenaar is van de auto. Lees meer…

Geen niet-ontvankelijkheid cassatieberoep bij te late afboeking griffierecht door griffier

Geen niet-ontvankelijkheid cassatieberoep bij te late afboeking griffierecht door griffier

HR 21 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011BS1687 (PPC/Aqualectra)

Niet-tijdige boeking van het griffierecht in de rekening-courant tussen de griffier van de Hoge Raad en het kantoor van de cassatieadvocaat die aan de griffier van de Hoge Raad valt toe te rekenen, leidt niet tot niet-ontvankelijkheid van de verzoeker tot cassatie. Lees meer…

Ouder behoudt procesbelang bij toetsing rechtmatigheid uithuisplaatsing na verstrijken maatregel

Ouder behoudt procesbelang bij toetsing rechtmatigheid uithuisplaatsing na verstrijken maatregel

HR 14 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BR5151 (X./Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant)

Een ouder die opkomt tegen een machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarig kind (art. 1:261 lid 1 BW) behoudt een rechtens relevant belang om de rechtmatigheid daarvan te laten toetsen. Een machtiging tot uithuisplaatsing bij de met het gezag belaste ouder bij wie de minderjarige niet zijn hoofdverblijf heeft, is niet in strijd met het recht. Lees meer…

Rechtbankgriffier moet vaker non-cassatieakte in onteigeningszaken afgeven

Rechtbankgriffier moet vaker non-cassatieakte in onteigeningszaken afgeven

HR 14 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ7056, (Staat/X c.s.)

Als een vonnis van vervroegde onteigening in kracht van gewijsde is gegaan doordat de tijdig ter griffie afgelegde cassatieverklaring niet binnen twee weken is gevolgd door betekening daarvan aan en dagvaarding van de onteigenende partij, moet de griffier desgevraagd onverwijld de verklaring van non-cassatie aan de onteigenende partij afgeven. Dat geldt ook als na afloop van de termijn van twee weken alsnog betekening van de cassatieverklaring en dagvaarding in cassatie heeft plaatsgevonden. Lees meer…

Niet informeren AvA bij tegenstrijdig belang leidt niet tot onbevoegdheid van statutair bevoegde bestuurder

Niet informeren AvA bij tegenstrijdig belang leidt niet tot onbevoegdheid van statutair bevoegde bestuurder

HR 14 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BR0119 (X c.s./M.E. Beheer c.s.)

Indien de statuten van een vennootschap bepalen dat haar bestuurder ook in geval van tegenstrijdig belang bevoegd is de vennootschap te vertegenwoordigen, is die bestuurder gehouden de algemene vergadering van aandeelhouders (AvA) zo tijdig te informeren over de aanwezigheid van een tegenstrijdig belang dat deze in de gelegenheid is de haar in art. 2:256 (tweede volzin) BW toegekende bevoegdheid uit te oefenen. De bestuurder die nalaat de AvA te informeren wordt echter niet reeds daardoor wegens een tegenstrijdig belang onbevoegd de vennootschap te vertegenwoordigen. Lees meer…

Tegen afwijzing schadevergoedingsverzoek in Bopz-zaken staat hoger beroep open, geen cassatieberoep

Tegen afwijzing schadevergoedingsverzoek in Bopz-zaken staat hoger beroep open, geen cassatieberoep

HR 14 oktober 2011, LJN ECLI:NL:HR:2011:BT7590

Het cassatieberoep tegen de afwijzing van een verzoek om schadevergoeding op grond van art. 35 van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz) is niet-ontvankelijk, omdat tegen een afwijzende beslissing van de rechtbank hoger beroep openstaat. Betrokkene kan alsnog hoger beroep instellen (art. 340 Rv). De termijn daarvoor begint te lopen op de dag na de uitspraak van de Hoge Raad. Lees meer…

Minister moet advies vragen over onbegeleid verlof levenslang gestrafte

Minister moet advies vragen over onbegeleid verlof levenslang gestrafte

HR 14 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BR3058 (Staat/X.)

Als voor een levenslang gestrafte die in een tbs-kliniek is geplaatst een machtiging voor onbegeleid verlof wordt gevraagd, moet de minister van Veiligheid en Justitie het advies van het Adviescollege Verloftoetsing tbs (Avt) vragen. Van een positief advies van het Avt mag de minister alleen gemotiveerd afwijken. Lees meer…

In een EEX-exequaturprocedure is geen plaats voor het verweer dat al aan het vonnis is voldaan

In een EEX-exequaturprocedure is geen plaats voor het verweer dat al aan het vonnis is voldaan

HvJEU 13 oktober 2011, C-139/10 (Prism Investments / mr. J.A. van der Meer q.q.).

Artikel 45 EEX-Verordening staat eraan in de weg dat de rechter die moet beslissen op het rechtsmiddel van art. 43-44 EEX-Vo, een verklaring waarbij een beslissing uitvoerbaar wordt verklaard weigert of intrekt op een andere grond dan de in de artikelen 34-35 EEX-Vo genoemde gronden, zoals de grond dat die beslissing in de lidstaat van herkomst al is uitgevoerd. Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl