Hoge Raad 6 december 2024, ECLI:NL:HR:2024:1797
Een man heeft zijn vrouw opzettelijk om het leven gebracht, maar is daarvoor ontoerekeningsvatbaar verklaard. Kan hij in dat geval van haar erven? De Hoge Raad beantwoordt die vraag ontkennend. Hoewel de man niet van rechtswege onwaardig is om te erven (art. 4:3 BW), staan de redelijkheid en billijkheid (art. 6:2 lid 2 BW) er in dit geval aan in de weg dat hij aanspraak maakt op de nalatenschap van de vrouw. Hidde Volberda bespreekt het arrest.