Selecteer een pagina
Ook een tweede Wsnp-verzoek schorst de behandeling van een verzoek tot faillietverklaring

Ook een tweede Wsnp-verzoek schorst de behandeling van een verzoek tot faillietverklaring

HR 9 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1064

Niet alleen een eerste, maar ook een later verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling voor natuurlijke personen (‘Wsnp-verzoek’) kan de behandeling van een verzoek tot faillietverklaring schorsen. Wanneer de rechter tot het oordeel komt dat de schuldenaar misbruik maakt van zijn bevoegdheid om een herhaald Wsnp-verzoek in te dienen, kan evenwel van schorsing worden afgezien. Lees meer…

Uitleg van gedingstukken en aan inzichtelijkheid deskundigenbericht te stellen eisen

Uitleg van gedingstukken en aan inzichtelijkheid deskundigenbericht te stellen eisen

HR 23 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1142

De Hoge Raad laat het oordeel van het hof waarin een redelijke prijs is bepaald voor verrichte werkzaamheden in stand. De Hoge Raad laat zich daarbij uit over de eisen die in dit geval aan de inzichtelijkheid van het deskundigenbericht konden worden gesteld en over strijdigheid met een goede procesorde doordat eiser in zekere zin terugkwam op zijn instemming met de vraagstelling van het deskundigenbericht. Lees meer…

Onrechtmatige hinder: niet doorslaggevend of aan de geldende regelgeving werd voldaan

Onrechtmatige hinder: niet doorslaggevend of aan de geldende regelgeving werd voldaan

HR 16 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1106

Bij de beoordeling van de vraag of sprake is van onrechtmatige hinder, is niet doorslaggevend of aan de geldende regelgeving wordt voldaan. Bij het bepalen van het feitelijke niveau van hinder kan ook gebruik worden gemaakt van objectieve maatstaven die zijn neergelegd in regelgeving die (deels) pas na het optreden van de hinder in werking is getreden. Lees meer…

Verhouding informatieplicht art. 47 AWR tot bewaarplicht art. 52 lid 4 AWR

Verhouding informatieplicht art. 47 AWR tot bewaarplicht art. 52 lid 4 AWR

HR 9 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1046

De in art. 47 AWR opgenomen verplichting voor alle belastingplichtigen tot het – desgevraagd – verstrekken van gegeven en inlichtingen aan de Belastingdienst, welke verplichting niet aan een termijn is gebonden, moet worden onderscheiden van de in art. 52 lid 4 AWR opgenomen verplichting voor administratieplichtigen om hun administratie gedurende zeven jaar te bewaren. In geval van een informatieverzoek kan de belastingplichtige in het algemeen niet aan dat verzoek voorbij gaan door te stellen dat de in art. 52 lid 4 AWR opgenomen bewaartermijn van zeven jaar is verstreken. Lees meer…

Bewijslast tenietgaan hoofdschuld bij borgtocht en hoor en wederhoor

Bewijslast tenietgaan hoofdschuld bij borgtocht en hoor en wederhoor

HR 16 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1108

(i) het verweer van de door de schuldeiser aangesproken borg dat de verbintenis van de hoofdschuldenaar niet meer bestaat doordat deze reeds heeft betaald en de schuld is tenietgegaan, is een bevrijdend verweer. De bewijslast van het tenietgaan van de hoofdschuld rust daarmee op de borg (150 Rv);  (ii) het beginsel van hoor en wederhoor is geschonden, nu de bank – vanwege het in omloop zijn van twee verschillende versies van de memorie van grieven – niet op een stelling die uitsluitend in de aan het hof overgelegde versie was opgenomen en waarop het hof zijn oordeel heeft gebaseerd, heeft kunnen reageren. Lees meer…

Ook in periode 1999-2003 bijzondere zorgplicht bank ter voorkoming overkreditering consument

Ook in periode 1999-2003 bijzondere zorgplicht bank ter voorkoming overkreditering consument

HR 16 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1107

Ook in de periode 1999-2003 bracht de bijzondere zorgplicht van de bank mee dat zij voorafgaand aan het sluiten van een overeenkomst tot hypothecair krediet met een consument inlichtingen diende in te winnen over diens inkomens- en vermogenspositie teneinde overkreditering van de consument te voorkomen. Dat deze verplichting pas nadien in regelgeving is vastgelegd, laat onverlet dat de norm al voordien tot ontwikkeling was gekomen. Lees meer…

Hoge Raad stemt arrest in kort geding niet af op bodemuitspraak; indirecte inbreuk op tweede medische-indicatieoctrooi

Hoge Raad stemt arrest in kort geding niet af op bodemuitspraak; indirecte inbreuk op tweede medische-indicatieoctrooi

HR 14 april 2017, ECLI:NL:HR:2017:692 (Sun/Novartis)

1. De regel dat de rechter in kort geding zijn uitspraak dient af te stemmen op die in de bodemprocedure, is in de cassatieprocedure niet van toepassing. Deze regel geldt uitsluitend voor de rechter die over de feiten oordeelt; 2. Ervan uitgaande dat indirecte inbreuk op een ‘Swiss-type claim’ rechtens mogelijk is, heeft het hof in dit kort geding terecht geoordeeld dat in deze zaak aan de vereisten van indirecte octrooi-inbreuk als bedoeld in art. 73 ROW 1995 is voldaan.

Lees meer…

Hoge Raad over verdeling beneficiair aanvaarde nalatenschap in geval van niet voltooide vereffening

Hoge Raad over verdeling beneficiair aanvaarde nalatenschap in geval van niet voltooide vereffening

HR 19 mei 2017, ECLI:NL:HR:2017:939

Op de erfgenaam die de verdeling vordert van een beneficiair aanvaarde nalatenschap, rust in beginsel de plicht om feiten en omstandigheden te stellen waaruit kan volgen dat de schulden van de nalatenschap zijn voldaan. Is de vereffening niet voltooid of is over de voltooiing onvoldoende uitsluitsel verkregen, dan dient de rechter in overleg met partijen te onderzoeken of er mogelijkheden zijn om desondanks te beslissen op een wijze die ook voldoende rekening houdt met de belangen van schuldeisers. In dat verband kan worden gedacht aan het aanhouden van de zaak, aan een verdeling onder voorwaarden of aan een gedeeltelijke verdeling. Lees meer…

Effectenlease: stuitende werking collectieve actie eindigt op moment algemeenverbindendverklaring Duisenbergregeling

Effectenlease: stuitende werking collectieve actie eindigt op moment algemeenverbindendverklaring Duisenbergregeling

HR 19 mei 1017, ECLI:NL:HR:2017:936

De echtgenoot die een vaststellingsovereenkomst sluit over een door effectenlease- overeenkomsten veroorzaakte restschuld, bindt daarmee alleen zichzelf. De andere echtgenoot behoudt de bevoegdheid de effectenleaseovereenkomsten op grond van art. 1:89 BW te vernietigen. De verjaring van deze vernietigingsvordering wordt gestuit door een collectieve actie, ook indien de vorderingsgerechtigden niet zijn aangesloten bij de rechtspersoon die deze collectieve actie is begonnen. Lees meer…

Uitleg primaire dekkingsomschrijving machineschadeverzekering aan de hand van uitsluitingsbepaling onbegrijpelijk

Uitleg primaire dekkingsomschrijving machineschadeverzekering aan de hand van uitsluitingsbepaling onbegrijpelijk

HR 9 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1055

Het oordeel van het hof dat de bewoordingen “plotselinge en onvoorziene materiële beschadiging” uit art. 2.1 verzekeringsvoorwaarden niet als een afzonderlijke voorwaarde voor dekking moeten worden gezien, is niet zonder meer begrijpelijk. Dit oordeel kan niet worden gedragen door art. 3.9 verzekeringsvoorwaarden, dat corrosie, die is veroorzaakt door de gewone werking of het normale gebruik van de verzekerde zaak, van dekking uitsluit. Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl