Dossier: Proces- en beslagrecht


HR 9 september 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ7066 (Dumatrust c.s./Ontvanger c.s.) 

De juistheid van de door de Belastingdienst opgelegde aanslagen kan niet bij de civiele rechter ter discussie worden gesteld door crediteuren van de belastingplichtige, die verhaal zoeken op dezelfde vermogensbestanddelen als de Ontvanger. Het opleggen van de aanslagen en het niet afzien van het wettelijk voorrangsrecht is in dit geval bovendien niet onrechtmatig jegens deze andere crediteuren van de belastingplichtige.  (meer…)

HR 9 september 2011, LJN BR1653 en LJN BR1654

Het hof was op internet zelf op zoek gegaan naar feitelijke gegevens, die niet in het procesdossier voorkwamen. Door die gegevens ten nadele van de verzoekende partij aan zijn beslissing ten grondslag te leggen, zonder dat deze partij de gelegenheid heeft gekregen van die gegevens kennis te nemen en daarop desgewenst te reageren, heeft het hof gehandeld in strijd met het beginsel van hoor en wederhoor. (meer…)

HR 9 september 2011, LJN ECLI:NL:HR:2011:BQ2306

De Hoge Raad bevestigt de regel dat een tussentijds beroep tegen een tussenvonniscomponent van een uitspraak slechts ontvankelijk is als ook klachten worden gericht tegen de eindvonniscomponent van de uitspraak. Maar hij lijkt ook een nieuwe regel te formuleren voor het geval waarin de eindvonniscomponent en de tussenvonniscomponent betrekking hebben op verschillende procedures. (meer…)

HR 8 juli 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ3883 (wsnp), ECLI:NL:HR:2011:BQ3890 (ots), ECLI:NL:HR:2011:BQ2800 (maatschappen)

Geen griffierecht is verschuldigd in hoger beroep en cassatie in een procedure over de toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling. Hetzelfde geldt voor procedures over de ondertoezichtstelling van minderjarigen of de ontheffing of de ontzetting uit het gezag of voogdij over minderjarigen. Maatschappen moeten het tarief voor rechtspersonen betalen. (meer…)

HR 17 juni 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ1774

Een beslissing op een tijdig ingediend verzoek om uitstel voor het verrichten van een proceshandeling in een geval dat dit uitstel slechts op grond van klemmende redenen toewijsbaar is, wordt in alle gevallen gegeven op een zodanig tijdstip dat in geval van weigering (of buiten behandeling laten) de verzoeker alsnog de proceshandeling waarvoor uitstel was gevraagd zo mogelijk alsnog tijdig kan verrichten. Dat geldt ongeacht of het juiste H-formulier is gebruikt en of daarin klemmende redenen zijn vermeld. (meer…)

Cassatieblog.nl