HR 16 juni 2023, ECLI:NL:HR:2023:918
(i) Een schuldeiser is bevoegd om geheel of gedeeltelijk af te zien van het meedelen in een executie-opbrengst, ook als dat tot een andere verdeling leidt dan uit art. 3:277 lid 1 BW voortvloeit. Hiervoor is geen instemming van de schuldenaar of medeschuldeisers vereist.
(ii) Als de vernietiging van een in hoger beroep bestreden vonnis berust op een wijziging van omstandigheden, moet de rechter in hoger beroep nagaan of de rechter in eerste aanleg ten tijde van zijn vonnis terecht tot zijn beslissing is gekomen. (meer…)